Voor veel vrouwen is vaginisme taboe met alle gevolgen van dien

Minke de Boer
Minke de Boer
Foto: Mark Horn

De persoonlijke documentaire My fucking problem van Anne van Campenhout heeft sinds de lancering veel stof doen opwaaien over het onderwerp vaginisme. Psycholoog en seksuoloog Minke de Boer is het gewend om dagelijks over seksuele problemen te praten, maar het merendeel van de vrouwen is dat niet. “Door deze documentaire ben ik beter gaan zien hoe ingewikkeld het voor veel vrouwen is om over vaginisme te praten. Ik hoor veel mensen zeggen ‘oh, ik wist niet dat dit bestond.’”

Voor veel mensen is pijn bij het vrijen en vaginisme niet alleen onbekend terrein, maar er heerst ook nog een taboe op, aldus Minke, die al ruim tien jaar als seksuoloog werkt, waaronder in het Flevoziekenhuis in Almere. “De klacht die ik het meest behandel is pijn bij het vrijen. Regelmatig zie ik vrouwen die al jarenlang problemen hebben, voordat ze hulp gaan zoeken. Vaginisme komt veel voor: een op de twintig jonge vrouwen heeft last van vaginisme. Pijn bij het vrijen komt vaker voor: een op de vijf vrouwen heeft weleens last van pijn bij het vrijen en een op de twintig ondervindt zoveel ongemak, dat er sprake is van een disfunctie. Dit komt meestal door een gebrek aan opwinding en vaak ontstaat hierbij ook een vaginistische reactie.”

Maar wat is nu eigenlijk vaginisme (een vaginistische reactie)? “Vaginisme is het onwillekeurig samentrekken van de bekkenbodemspieren als je iets in de vagina wilt inbrengen, bijvoorbeeld een vinger, tampon of een penis. Het verwarrende is dat in de documentaire verschillende soorten klachten door elkaar heen lopen, die allemaal onder de noemer vaginisme worden geschaard. Er zit wel degelijk overlap, maar ook verschil. Er zijn vrouwen bij, bij wie het nog nooit gelukt is om iets in de vagina in te brengen. Dan heb je nog de variant waarbij het wel lukt om iets in te brengen, zoals een tampon, maar voor wie het niet mogelijk is om gemeenschap te hebben. Vervolgens zijn er nog vrouwen bij wie het wel lukt om gemeenschap te hebben, maar waarbij het pijn doet, doordat de huid (vaak chronisch) geïrriteerd of ontstoken is. Tenslotte is er nog een variant waarbij de bekkenbodemspieren continu op slot zitten, en waarbij ook moeite wordt ervaren bij het naar de wc gaan. Dit heet een overactieve bekkenbodem, wat soms ook een psychische oorzaak kan hebben.”

“De pijn zit wel degelijk tussen hun benen en niet tussen hun oren”

Alle hierboven verschillende varianten hebben een combinatie van een psychische en fysieke oorzaak. “De pijn die vrouwen voelen, verzinnen ze niet; die zit wel degelijk tussen hun benen en niet tussen hun oren. Maar op een gegeven moment worden ze angstig voor de pijn en blijven ze het (langdurig) proberen, omdat ze het lastig vinden te verdragen dat gemeenschap niet lukt. Hierdoor raakt de huid nog meer beschadigd en dus geïrriteerd. Het is belangrijk dat vrouwen respect voor hun lijf hebben en leren te luisteren naar wat het aangeeft. Dit vraagt om een zachte benadering en geduld, om uiteindelijk de vicieuze cirkel van angst voor pijn en de reflexmatige spanning in de bekkenbodemspier te doorbreken.”

Pijncirkel Bron: nhg.org

Wat valt Minke op als ze kijkt naar de vrouwen die bij haar in de praktijk komen? “Het valt mij op dat vrouwen met pijnklachten vaak snel beren op de weg zien, of last hebben van doemdenken. Ze zijn bang dat ze het niet goed doen, dat ze tekortschieten en ze geneigd zijn om veel in hun hoofd te zitten. Vrouwen zijn zich te weinig bewust van of en wanneer ze lichamelijk ook echt opgewonden zijn. Veel vrouwen zijn niet gewend om daar goed de focus op te leggen. Vooral jonge stellen beginnen te vroeg met gemeenschap, terwijl het lijf van de vrouw daar nog niet klaar voor is. Maar dit gebeurt ook bij vrouwen na de menopauze. Ze hebben meer tijd en stimulatie nodig om goed opgewonden te raken. Ik geef altijd als tip dat je eerst met je vinger moet checken of je echt goed vochtig bent. Is dit niet het geval, dan moet je geen gemeenschap hebben, of eerst in de stemming komen. Vrouwen zijn snel geneigd om te gaan pleasen en de pijn op de koop toe te nemen. Ze hebben liever pijn, dan het gevoel dat ze tekortschieten. Voor zowel mannen als vrouwen is het ook nog eens lastig om pijn bij het vrijen bespreekbaar te maken. We voelen ons snel schuldig, dat geldt ook voor mannen. Wat helpt is om het tot een gezamenlijk probleem te maken, met een gezamenlijke wens tot verandering. Aan vrouwen geef ik mee dat ze leren luisteren naar hun lijf en de signalen die het geeft te respecteren. Ga samen onderzoeken of je ook op een andere manier een plezierig seksleven kan opbouwen en blijf in gesprek.”