De Gelderse politie heeft in april van dit jaar ten onrechte gemeld dat een Arnhems homopaar slachtoffer was geworden van discriminatie. ,,Dat wisten we toen niet en dat weten we nu nog niet. We zijn op de feiten vooruitgelopen en hebben daarin een fout gemaakt”, zegt een politiewoordvoerder dinsdag.
Dinsdag stonden vier minderjarige jongens voor de rechter in Arnhem, omdat zij het homopaar mishandeld zouden hebben. Het Openbaar Ministerie vervolgt de jongens niet voor discriminatie ,,omdat uit het onderzoek niet is gebleken dat discriminatie of homohaat de aanleiding of het motief was”. Het onderzoek van de politie en het OM is klaar, maar de verdediging van de jongens heeft nog vragen. De zaak wordt op 26 maart 2018 inhoudelijk behandeld. Ze worden nu formeel verdacht van mishandeling en openlijke geweldpleging.
De mishandelde mannen trokken wereldwijd aandacht met een bericht op Facebook over wat hun was overkomen. De politie sprak over ,,hun indringende verhaal” en meldde dat de twee ondersteuning kregen van homoseksuele agenten. ,,We hebben ons laten meeslepen in de turbulentie die ontstond. We hebben stelling genomen. Dat had niet mogen gebeuren”, zo verontschuldigt de politie zich.
Dat er geen bewijs is gevonden voor homohaat of discriminatie wil niet zeggen dat dat aspect daarmee van tafel is, zo heeft de officier van justitie dinsdag uitgelegd aan het homopaar. Het is mogelijk dat de sfeer van discriminatie wel meeweegt in de strafeis tegen de verdachten. De verdachte jongens ontkennen dat homohaat een rol zou hebben gespeeld in de vechtpartij op de Nelson Mandelabrug. Een betonschaar waarmee ze een van beide mannen zouden hebben geslagen, is nooit gevonden.
Omdat de verdachten minderjarig zijn, zal de zaak in maart ook achter gesloten deuren worden behandeld.