Het Rijk en de Tweede Kamer zijn het oneens over de rekening van de renovatie van het Binnenhof. Als de gebouwen straks af zijn, kost het nog tientallen miljoenen om ze weer helemaal klaar te maken voor gebruik. De Kamer en de andere gebruikers van de gebouwen willen dat het Rijk een groter deel van die kosten voor zijn rekening neemt.
De zogeheten niet-huisvestingskosten zijn voorlopig geraamd op 72 miljoen euro, bevestigt het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) na berichtgeving door het AD. Maar dat is nog een heel onzekere eerste schatting, want het kan tot 2026 duren voor de dan gerenoveerde gebouwen kunnen worden ingericht. Het RVB houdt er rekening mee 12,5 miljoen van die kosten te moeten opbrengen. Dat vindt de dienst al heel schappelijk, omdat de gebruiker van de gebouwen die normaliter betaalt.
Maar de ‘bewoners’ van het Binnenhof, onder wie de Tweede en de Eerste Kamer, denken daar volgens ingewijden anders over. Zij willen dat het RVB een grotere bijdrage levert.
Het renovatiewerk moet volgend jaar zomer beginnen.