Advocaat Holleeder: besluit Hoge Raad negeren

Foto: ANP

In de strafzaak tegen Willem Holleeder (60) moet de rechtbank ,,het lef” hebben om ,,als eerste rechter” tegen het Openbaar Ministerie (OM) te zeggen dat de in het verleden gemaakte afspraken met kroongetuige Peter la S. de grenzen van de wet hebben overschreden. Dat stelde Holleeders advocaat Sander Janssen donderdag in de allerlaatste zittingsdag van het proces in de gerechtsbunker in Osdorp.

De verdediging van Holleeder en het OM kregen daar de gelegenheid te reageren op de beslissing van de Hoge Raad in het grote liquidatieproces Passage. Die oordeelde eind april onder meer dat de deals die de Staat sloot met kroongetuigen Peter la S. en Fred R. rechtmatig zijn en dat hun verklaringen bruikbaar zijn voor het bewijs. Beiden hebben ook in de zaak tegen Holleeder belastend verklaard.

De Hoge Raad had die conclusie nooit mogen trekken, aldus Janssen. Hij vindt dat de rechtbank die moet negeren. De raadsman benadrukte aan de hand van een reeks parlementaire stukken dat de oncontroleerbare financiële afspraken die met name met La S. zijn gemaakt, in strijd met de wet zijn. ,,De Hoge Raad zegt dat de wetgeving op dit punt onduidelijk is. Met alle respect: dat is flauwekul. Ik roep u op en verzoek u tegen het Openbaar Ministerie te zeggen: dit is buiten de grenzen gegaan.”

Janssen stelde ook dat de uitspraak van de Hoge Raad op de bewijsvoering in de Holleederzaak nauwelijks impact heeft. ,,Je kunt op basis van de beslissing niet zeggen dat de verklaringen van La S. in deze zaak betrouwbaar en bruikbaar zijn, zoals het OM wel heeft gedaan. Die verklaringen zijn daarvoor in de loop van de tijd op belangrijke punten te veel bijgestuurd en aangepast.”

Willem Holleeder bleef donderdag in een korte verklaring bij zijn eerdere ontkenningen. Hij hoort op 4 juli de uitspraak in zijn zaak.