Wall Street doet weer stap terug

Foto: ANP

De aandelenbeurzen in New York zijn woensdag weer met verliezen gesloten. Dit gebeurde onder aanvoering van tech- en financiële fondsen. Beleggers verwerkten verder weinig verrassende cijfers over de Amerikaanse inflatie en de perikelen rond de brexit. Ook zijn er zorgen over de impact van de bosbranden die in Californië woeden en dan vooral over wie er voor de schade zal opdraaien.

De leidende Dow-Jonesindex sloot 0,8 procent lager op 25.080,50 punten. De brede S&P 500 zakte 0,8 procent tot 2701,58 punten en technologiegraadmeter Nasdaq eindigde 0,9 procent in de min op 7136,40 punten. De graadmeters kregen een kleine impuls door de aankondiging van de Britse premier Theresa May die zei steun te hebben van haar kabinet voor het brexit-principeakkoord.

Verschillende nutsbedrijven gingen in de uitverkoop. Met name elektriciteitsbedrijf PG&E was de gebeten hond met een koersval van 22 procent. Het bedrijf vreest ,,aanzienlijke verplichtingen” als inderdaad blijkt dat zijn apparatuur de oorzaak is geweest van de bosbranden.

Techbedrijf Apple zag wederom 2,8 procent van zijn beurswaarde verdampen. De zorgen over mindere verkoopvooruitzichten van de nieuwe iPhones houdt beleggers al dagen bezig.

Snap, het bedrijf achter de populaire app Snapchat, speelde 3,4 procent kwijt. De Amerikaanse autoriteiten hebben een dagvaarding gestuurd naar Snap vanwege beschuldigingen rond misleiding van beleggers bij de beursgang in maart vorig jaar. Snap zou valse verklaringen hebben afgelegd over hoe de concurrentie van foto-app Instagram de groei van Snapchat ondermijnde.

Macy’s krikte in de afgelopen periode zijn vergelijkbare omzet verder op, met een hogere winst. Daarnaast was het winkelbedrijf positiever over de omzet voor het hele boekjaar. Het aandeel werd evenwel 7,2 procent lager gezet.

De euro was 1,1318 dollar waard, tegen 1,1314 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De olieprijzen veerden op na berichten dat oliekartel OPEC overweegt om de olieproductie weer te verlagen om de prijs te stutten. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,8 procent meer op 56,14 dollar. Brentolie werd 0,9 procent duurder op 66,07 dollar.