Wall Street houdt verliezen beperkt

Foto: ANP

De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag lager gesloten, maar maakten in de laatste uren wel wat terrein goed. Beleggers verwerken meerdere grote nieuwsberichten. De Amerikaanse werkgelegenheid liet vanwege de coronacrisis de grootste krimp in jaren zien. Daarnaast blijft de aandacht uitgaan naar de oliemarkt, waar over een einde van de prijzenoorlog tussen Rusland en Saudi-Arabië wordt gespeculeerd. Ondertussen passeerden de Verenigde Staten Italië als het land met het hoogste aantal coronadoden in een etmaal.

De Dow-Jonesindex sloot 1,7 procent lager op 21.052,53 punten. De breed samengestelde S&P 500 ging 1,5 procent omlaag tot 2488,65 punten en techbeurs Nasdaq daalde eveneens 1,5 procent tot 7373,08 punten.

Oliebedrijven staan na de sterke winsten van een dag eerder weer in de schijnwerpers. Oliekartel OPEC en bondgenoten bespreken maandag een mogelijke productiebeperking. Daarmee zou de Russisch-Saudische vete op de oliemarkt tot de verleden tijd behoren. De Amerikaanse president Donald Trump gaat vrijdag met de Amerikaanse reuzen overleggen of de VS ook willen bijdragen. Chevron en ExxonMobil werden tot 3 procent lager gezet.

De luchtvaartsector weet de aandacht ook weer op zich gevestigd. Luchtvaartmaatschappijen moeten van de Amerikaanse overheid geld terug geven aan klanten die al geboekt hadden en mogen hen niet met een voucher afschepen. American Airlines, Delta Air Lines en United Airlines leverden tot 6,7 procent in.

De fabrikant van elektrische auto’s Tesla maakte bekend in het eerste kwartaal flink meer voertuigen aan de man te hebben gebracht. Het aandeel werd 5,6 procent meer waard. Techreus Facebook (min 2,5 procent) verwacht ondanks de coronacrisis geen ontslagen en wil dit jaar nog zeker 10.000 nieuwe mensen in dienst te nemen.

3M (min 3 procent) protesteerde tegen het beeld dat Trump van het bedrijf had geschilderd. De president wil dat 3M alleen nog mondkapjes aan de VS levert en liet al een levering bestemd voor Duitsland in beslag nemen.

De euro was 1,0812 dollar waard, tegen 1,0786 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 13,7 procent procent meer op 28,79 dollar. Brentolie werd 15,7 procent duurder op 34,65 dollar per vat.