Voor het eerst in jaren winstdaling bij meerderheid mkb’ers

Foto: ANP

Meer dan de helft van de Nederlandse kleine en middelgrote ondernemingen had vorig jaar te maken met een gedaalde winst. Het is de eerste keer in zeker negen jaar dat bij een meerderheid van het midden- en kleinbedrijf onder de streep minder overbleef dan een jaar eerder.

Bij ruim 53 procent van alle mkb’ers daalde de winst, concludeert netwerkorganisatie voor accountants SRA op basis van onderzoek van meer dan 7000 jaarrekeningen. “We doen dit onderzoek sinds 2014, dit is de eerste keer dat de winst bij meer dan de helft daalt”, zegt kennismanager Leonie Derksen in een toelichting.

De oorzaak ligt in de sterke stijging van de kosten voor ondernemers. Zo waren energie en grondstoffen door de Russische inval in Oekraïne hard in prijs gestegen. Maar van grote invloed waren ook de hogere personeelskosten, die doorgaans een grote uitgavenpost voor ondernemers zijn.

Zelfs in de coronajaren 2020 en 2021 bleef bij een kleine meerderheid van de mkb’ers de winst stabiel of groeien, ondanks de gevolgen van de lockdowns. “Toen waren er natuurlijk nog veel steunmaatregelen van de overheid. Ondernemers konden die op hun jaarrekening in mindering brengen op de personeelskosten”, verklaart Derksen.

Tussen verschillende branches zijn er wel grote verschillen. Zo stegen de winsten bij horecagelegenheden en winkels in doorsnee met dubbelcijferige percentages. Bouwbedrijven, die de gestegen materiaalkosten en hogere rentes voelen, zagen hun winst juist met gemiddeld 14 procent dalen. Ook in de industrie moesten ondernemers het met minder winst doen.

Bezien over het hele mkb stegen de winsten gemiddeld met 1,5 procent, de kleinste toename die SRA ooit gemeten heeft. Dit terwijl de omzet gemiddeld met 13 procent steeg, maar die hogere opbrengsten waren voor het grootste deel het gevolg van doorberekende inflatie.

Door de beperkte winsten blijft er maar weinig geld over voor investeringen, vreest bestuurslid Paul Dinkgreve van SRA. Tegelijkertijd staan ondernemers volgens hem voor grote veranderingen die veel geld kosten, zoals de energietransitie en digitalisering.