Sven Kramer ziet het best zitten om samen met Koen Verweij de olympische massastart in februari bij Pyeongchang 2018 te rijden. ,,Maar ik ben op dit onderdeel nog niet aangewezen, hij wel”, grapte de Friese schaatskoning in Wolvega. ,,Als men denkt dat ik een bijdrage kan leveren aan olympisch goud voor Nederland, zal ik daar altijd alles aan doen, voor wie of wat dan ook.”
Kramer benadrukte dat goud op de 5000 meter en de 10.000 meter, die beide in de eerste wedstrijdweek worden gehouden, voor hem in Zuid-Korea de hoogste prioriteit blijft houden. ,,Daarna komt de ploegachtervolging. Die is pas in de tweede week, evenals de massastart die op de laatste zaterdag op het programma staat. Het bijt elkaar allemaal dus niet, het is goed te doen”, concludeerde Kramer, die op de olympische piste in Gangneung mogelijk ook nog op de 1500 meter uitkomt.
,,Ik denk dat ik op de massastart een meerwaarde kan zijn”, zei Kramer, die er in zijn loopbaan misschien pas een stuk of zes heeft gereden. Verweij is ook nog niet erg ervaren. De herboren Noord-Hollander heeft zijn grote voorkeur voor zijn vroegere TVM-teamgenoot al luid en duidelijk uitgesproken.
Kramer: ,,Of ik mijn interesse nog eens duidelijk moet maken bij de bond? Nou, dat lijkt me nu niet meer nodig na deze antwoorden. Kijk, Koen is als eerste man aangewezen en zal een stem hebben samen met bondscoach Geert Kuiper in wie er de tweede rijder wordt. Nee, ik heb Koen nog geen berichtje gestuurd. Ik ga niet zitten pushen. Deelname zou voor mij een extra bonus zijn. Dat Koen eerste man is, heeft mijn kansen echter zeker niet verkleind. Als Jorrit Bergsma was aangewezen, waren mijn kansen tamelijk nihil geweest.”