De Nederlandse kampioenschappen wielrennen wordt volgend jaar in Drenthe gehouden. De Col du VAM, een berg die is aangelegd op een voormalige vuilnisbelt in het Drentse dorp Wijster, vormt het belangrijkste onderdeel van het parcours. De finish van de wegwedstrijden komt te liggen op de top van wat ook wel de VAM-berg wordt genoemd, 48 meter boven NAP. De beklimming heeft een gemiddeld stijgingspercentage van 10 procent, met een uitschieter van 15 procent.
“De omgeving en de Col du VAM lenen zich voor een waar wielerspektakel en een attractief en selectief parcours met de nodige hoogtemeters”, zegt algemeen directeur Thorwald Veneberg van de Nederlandse wielerbond KNWU. De wegwedstrijden voor de nieuwelingen, junioren en profs zijn allemaal in hetzelfde weekeinde, van 19 tot en met 21 juni. De tijdritten worden op een nader te bepalen locatie verreden.
De sprinters Fabio Jakobsen en Lorena Wiebes veroverden dit jaar de rood-wit-blauwe kampioenstruien in Ede, waar veel grote namen niet meededen, omdat ze het parcours van de NK niet selectief genoeg vonden. Zo ontbraken bij de mannen naast Mathieu van der Poel, de winnaar van 2018, ook onder anderen Steven Kruijswijk, Wout Poels en Bauke Mollema. Het nieuwe organisatiecomité hoopt met de keuze voor Drenthe en de VAM-berg voor een aantrekkelijker parcours te zorgen.
“Met de Col du VAM hebben we een unieke locatie waar fietsen, mountainbiken en wandelen samenkomen”, zegt Henk Brink, de gedeputeerde Sport van de provincie Drenthe. De heuvel is van drie kanten te beklimmen, bij de NK worden er twee daarvan gebruikt. Een van die routes bevat een keienstrook van 160 meter.