‘De afstand tussen Oranje en Jong Oranje was enorm groot’

Foto: ANP

Art Langeler verlaat de KNVB over een paar maanden met een goed gevoel. “Tevreden is altijd een slecht woord in de topsport. Maar het is in ieder geval gelukt een aantal dingen goed aan te pakken en te veranderen”, zegt de 50-jarige directeur voetbalontwikkeling van de voetbalbond, die komend seizoen opnieuw aan de slag gaat als hoofdtrainer van PEC Zwolle.

Langeler begon vier jaar geleden bij de KNVB, eerst als bondscoach van Jong Oranje en daarna ging hij door in zijn huidige rol. Nico-Jan Hoogma is als directeur verantwoordelijk voor het betaalde voetbal en Langeler voor de voetbalontwikkeling.

“Nico-Jan en ik kenden elkaar niet zo goed, maar het bleek een uitstekende match. Het was ook goed van de KNVB om twee directeuren aan te stellen, zodat je zowel de korte termijn als de lange termijn waarborgt”, aldus Langeler. Hij doet zijn verhaal aan de rand van het trainingsveld in Boedapest, waar Jong Oranje momenteel het EK afwerkt. “Hiervoor had je Hans van Breukelen. Omdat het Nederlands elftal toen niet won, kwam er zoveel druk op zijn baan dat hij zijn andere werkzaamheden eigenlijk helemaal niet meer kon doen. Nu is dat gelukkig niet aan de orde geweest. Maar stel dat het Nederlands elftal nu nog drie keer verliest, dan heeft Nico-Jan daar zijn handen vol aan. Maar dat heeft geen invloed op het langetermijnwerk dat ik aan het doen ben.”

Langeler, van 2013 tot 2017 hoofd van de jeugdopleiding van PSV, vindt dat er veel werk is verricht de voorbije jaren. “Onze jeugdcompetitie is helemaal veranderd, we hebben de academie naar het volgende level gebracht”, vertelt hij. “Bij de nationale jeugdteams verliezen we bij de jongens en meisjes nauwelijks nog interlands. Dat was in de jaren daarvoor moeizamer. Nou zegt winnen of verliezen niet alles, maar het zegt vaak wel iets over het proces waarmee je bezig bent.”

De invloed van clubtrainers bij het samenstellen van nationale selecties is groter geworden, zegt Langeler. “We konden afscheid nemen van het wat, in onze ogen, verouderde scoutingssysteem. Bondscoaches zijn zelf met clubtrainers in overleg gegaan: wie zijn de besten, wie moeten we selecteren.” Langeler noemt verder de zogeheten ’toekomstlijn’ als belangrijke verandering. “Bij de elftallen onder 15, 16 en 17 hebben we teams gemaakt met spelers die op dit moment de besten en grootsten zijn, maar ook een team met spelers die nog niet de grootsten zijn maar wel de potentie hebben om dat te worden. Bij het jeugdteam onder 19 komt dan alles samen.”

Op het hoogste niveau is de communicatie verbeterd, vindt de in Lochem geboren Langeler. “De overlegstructuur die Ronald Koeman en Frank de Boer hebben met Erwin van de Looi is een stuk anders dan in mijn begintijd als bondscoach van Jong Oranje met Danny Blind en Dick Advocaat. Dat lag niet zozeer aan Danny en Dick, maar meer aan het systeem. Er was een enorme afstand. Het feit dat Teun Koopmeiners hier als aanvoerder staat om dit toernooi te spelen, was eerder zeker geen vanzelfsprekendheid. Nu ook niet trouwens, maar we hebben er wel wat invloed op uit kunnen oefenen. De beste spelers van die leeftijdcategorie heb je hier nu op het veld staan.”