‘Gemeente wist van overtreding, trad niet op’

Foto: ANP

De gemeente Den Haag was ervan op de hoogte dat de bouwers van twee vuurstapels op de stranden bij Duindorp en Scheveningen de afspraken over de vuurstapels overtraden. Ze deed eigen metingen naar de omvang. Maar de gemeente trad niet op toen ze merkte dat er opnieuw overtredingen waren, terwijl het een jaar eerder ook al mis ging toen een kleinere vonkenregen ontstond. Met de risico’s van zulk vliegvuur werd het jaar erop geen rekening gehouden.

Dat concludeert de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) donderdag in haar rapport over het uit de hand gelopen vreugdevuur afgelopen jaarwisseling.

Die vonkenregen in 2017/2018 kwam toen op de boulevard en aangrenzende bebouwing terecht en veroorzaakte veel onrust bij publiek en omwonenden. De gemeente liet het vliegvuur en de risico’s echter niet nader onderzoeken. De burgemeester kreeg daarover geen advies van de brandweer en de directie Veiligheid van de gemeente, aldus de OVV.

Het convenant uit 2016 tussen de bouwers – inwoners van beide dorpen – en gemeente werd evenmin aangepast. Daarin stonden afspraken over de hoogte en de bouwmethode, de locatie, het materiaal, de risico’s van de hitte en het omvallen van de stapels en het toezicht daarop.

De OVV verklaart het niet optreden van de gemeente en de vreugdevuren toch door te laten gaan, omdat zij ordeverstoringen elders in de stad wilde voorkomen. De gemeente zorgde zelf voor de aanleg van een harde ondergrond, het opruimen van de resten en de afhandeling van eventuele schade. Dat betekent volgens de OVV dat de gemeente een zekere vorm van eigenaarschap op zich heeft genomen.

De Onderzoeksraad pleit ervoor dat de vreugdevuren helemaal anders worden aangepakt en dat er voortaan verplicht een vergunning moet komen, net zoals bij andere publieksevenementen. Dat houdt in dat er allerlei voorschriften komen waaraan iedereen zich moet houden. Dan is er ook inspraak van omwonenden mogelijk en meer controle.