De Jonge is nog niet tevreden over woningbouwbeleid Zuid-Holland

Foto: ANP

De provincie Zuid-Holland moet van Hugo de Jonge nog meer aanpassingen doen aan het woningbouwbeleid. De provincie kwam onlangs per brief tegemoet aan een aantal eisen van de demissionair minister van Volkshuisvesting, die al enkele maanden dreigt de regie over de woningbouw over te nemen van Zuid-Holland. De Jonge is niet volledig tevreden en zegt dat “meer aanpassingen” nodig zijn.

De minister wil dat Zuid-Holland de eis schrapt dat 40 procent van de nieuwbouw voor de sociale huur is. Ook wil De Jonge dat de provincie zo snel mogelijk meer buitenstedelijke bouwlocaties van 3 hectare of meer toestaat. De Zuid-Hollandse coalitie van GroenLinks-PvdA, BBB, VVD en CDA had hier vorig jaar juist een stop op gezet, om natuur en landbouwgrond te beschermen in de provincie waarin ruimte schaars is.

De CDA-minister eist dat Zuid-Holland de “benodigde aanpassingen” doorvoert in de omgevingsverordening. Deze ligt momenteel ter inzage en wordt in het najaar vastgesteld door Provinciale Staten. De Jonge wil dat het college van Gedeputeerde Staten uiterlijk eind volgende week de door hem gewenste aanpassingen voorstelt aan de gekozen volksvertegenwoordigers. Gebeurt dat niet, dan grijpt hij in.

“De reden is dat hier een nationaal belang aan de orde is dat met de eerder voorgestelde provinciale regelingen niet op een doeltreffende en doelmatige wijze wordt behartigd”, aldus De Jonge.

De minister is blij dat Zuid-Holland heeft toegezegd het aantal te bouwen woningen tot aan 2030 te verhogen (van ruim 235.000 naar bijna 248.000) en dat de provincie aansluit bij de landelijke bovengrens voor wat als een betaalbare koopwoning wordt gezien. Dat is 390.000 euro, terwijl Zuid-Holland de ‘oude’ grens van 355.000 euro aanhield.

Volgens Anne Koning, de gedeputeerde die over wonen gaat, hebben de provincie en het rijk dezelfde doelstelling. “Namelijk woningen bouwen zodat mensen die nu naar een huis op zoek zijn, ook snel een dak boven hun hoofd krijgen. Daarin vinden wij elkaar.” Volgens Koning is het van belang dat “de juiste woningen op de juiste plek” worden gebouwd. “Want een verpleegkundige, politieagent of onderwijzer heeft weinig aan woningen van meer dan 500.000 euro.”