Europese beurzen gaan omlaag

Foto: ANP

De Europese beurzen gingen maandag omlaag. Beleggers hielden de blik gericht op de ontwikkelingen rond de Amerikaans-Chinese handelsvete. Ook ging de aandacht uit naar de politieke onzekerheid in Spanje en de oplopende spanningen in Hongkong. Op het Damrak was biotechnoloog Galapagos een uitblinker na positieve onderzoeksresultaten.

De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,1 procent lager op 596,07 punten. De MidKap steeg 0,1 procent tot 901,28 punten. Parijs daalde 0,1 procent. Frankfurt en Londen zakten tot 0,7 procent. De beurs in Madrid verloor 0,5 procent. De politieke impasse in het land lijkt na de verkiezingen alleen maar groter te zijn geworden.

Galapagos was de sterkste stijger bij de hoofdfondsen met een winst van ruim 3 procent. De biotechnoloog en zijn samenwerkingspartner Gilead Sciences hebben positieve data behaald bij het klinische onderzoeksprogramma rond duurzame werkzaamheid en veiligheid met het middel filgotinib bij reuma. Staalconcern ArcelorMittal stond onderaan met een verlies van 1,3 procent na een adviesverlaging door Commerzbank.

Takeaway won 2,4 procent. Volgens analisten van ING is de extra toeslag die de maaltijdbestelsite gaat rekenen voor zijn bezorgingsdienst Scoober goed nieuws. Daarnaast lanceerde het in Amsterdam genoteerde technologiefonds Prosus (min 1,2 procent) formeel zijn bod op de Britse maaltijdbezorger Just Eat. Met de aankondiging van zijn bod ontketende Prosus eerder een overnamestrijd rond Just Eat (min 0,3 procent) met Takeaway.

Funderingsspecialist Sif kampte met een adviesverlaging door Kempen & Co en zakte 4,2 procent bij de kleinere bedrijven. Chemieconcern Avantium steeg 3,5 procent op de lokale markt. Topman Tom van Aken benadrukte in Het Financieele Dagblad dat hij eind volgend jaar bekend zal maken met welke nieuwe partners hij de FDCA-fabriek gaat bouwen, na het eerdere wegvallen van het Duitse BASF. Beleggers hoeven volgens hem niet te vrezen voor een emissie.

De euro was 1,1032 dollar waard, tegen 1,1020 dollar op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie werd 1,3 procent goedkoper op 56,51 dollar. De prijs van Brentolie daalde 1,1 procent tot 61,72 dollar.