Het Chinese techbedrijf Tencent moet al zijn nieuwe apps en updates van bestaande apps eerst laten goedkeuren door de Chinese overheid, voordat die gebruikt mogen worden door consumenten. Dat meldt de Chinese staatszender CCTV. De stap is een verdere aanscherping van de harde aanpak van Beijing van de binnenlandse technologiesector.
Tencent, waarin de in Amsterdam genoteerde techinvesteerder Prosus een groot belang heeft, kreeg al te maken met strenge regels rond onlinegames voor kinderen, maar ook voor zijn populaire chatapp WeChat. Het harde optreden van de regering omvatte maatregelen om de speeltijd van videogames voor kinderen drastisch te beperken en heeft ook de goedkeuring van nieuwe games op ’s werelds grootste markt voor videogames vertraagd.
De Chinese regering is het afgelopen jaar overgegaan tot strengere maatregelen in de techsector om de macht van grote bedrijven als Tencent en Alibaba in te perken. In september hebben honderden Chinese makers van videogames, waaronder Tencent, gezworen om hun producten beter te controleren op “politiek schadelijke” inhoud en de speeltijd voor minderjarige spelers aan banden te leggen.
Het bedrijf moet nu nieuwe apps of updates voor inspectie indienen bij het ministerie van Industrie en Informatietechnologie voordat ze kunnen worden geüpload of bijgewerkt. “Nadat ze de inspectie hebben doorstaan, kunnen ze aan gebruikers worden aangeboden”, aldus de staatszender. De laatste stap van Beijing tegen Tencent volgt op de vaststelling van “overtredingen” van het bedrijf met negen van zijn apps sinds het begin van het jaar.
Tencent verklaarde tegen persbureau AFP dat het concern aan de nieuwe vereisten zal voldoen. Het bedrijf rapporteerde eerder deze maand zijn traagste omzetgroei in een kwartaal sinds 2004, onder meer door de strengere aanpak door Beijing.