Meevallers op begroting zijn incidenteel, waarschuwt de minister

Foto: ANP

Het begrotingstekort valt dan lager uit dan eerst verwacht, maar dat is nog geen reden voor feest. De meevallers zijn incidenteel, waarschuwt demissionair minister van Financiën Steven van Weyenberg. Sommigen zullen zelfs later de schatkist juist belasten, aldus de bewindsman.

Het CBS stelt het begrotingstekort voor 2023 vast op 0,3 procent van de economie (het bbp). Een stuk lager dan de 1,8 procent waar het ministerie van Financiën vanuit ging. Een flink deel komt door hogere belastinginkomsten als gevolg van een verwachte verhoging in box 2. Directeur-grootaandeelhouders hebben in 2023 meer dividend uitgekeerd aan zichzelf, zodat die uitkering nog onder het lage tarief viel. Daardoor waren de belastinginkomsten hoger dan andere jaren. Maar “hier zullen naar verwachting lagere dividenduitkeringen in de (nabije) toekomst tegenover staan”, tekent Van Weyenberg aan.

Een andere belangrijke reden is dat er geld blijft liggen dat onder meer ministeries niet uitgegeven krijgen. Dit gebeurt de laatste tijd relatief vaak, onder meer doordat er een tekort aan arbeidskrachten is om werk uit te voeren waar geld in zou worden gestoken. Het kabinet en de formerende partijen kunnen er evenwel niet vanuit gaan dat de meevallers zich zullen blijven aandienen. De oorzaken van het lager dan verwachte tekort geven “geen indicatie van verdere structurele meevallers in de toekomst”, aldus de bewindsman.

De staat van het huishoudboekje van de overheid is niet alleen in de aanloop naar de Voorjaarsnota een belangrijk onderwerp. Ook voor de formerende partijen PVV, VVD, NSC en BBB zijn de overheidsfinanciën belangrijk, omdat deze mede bepalen hoeveel van hun plannen zij daadwerkelijk kunnen uitvoeren.