Meer bedrijven voldoen aan afspraken uit textielconvenant

Foto: ANP

Het percentage kleding- en textielbedrijven dat voldoet aan eerder afgesproken regels over duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen neemt verder toe. Volgens de jaarrapportage van het Convenant Duurzame Kleding en Textiel (CKT) voldeed vorig jaar 80 procent van de deelnemende bedrijven aan de afspraken. Dat is meer dan de 63 procent een jaar eerder. Wel moet worden aangetekend dat het leeuwendeel van de markt nog niet zijn handtekening heeft gezet onder het convenant.

Volgens het jaarrapport worden productieketens van deelnemende bedrijven steeds transparanter. Van bijna 6000 productielocaties zijn de gegevens inmiddels openbaar. Het aandeel duurzamere grondstoffen nam toe van 28 naar 38 procent. De coronapandemie had evengoed een grote impact op de kleding- en textielbedrijven in Nederland en voor bedrijven en arbeiders in de productielanden. Orders werden stopgezet, met negatieve gevolgen voor de werkgelegenheid in de sector. Soms kwam ook de vakbondsvrijheid onder druk te staan. Verder maakte de pandemie het lastiger om controles op locatie uit te voeren.

In 2016 schaarden de eerste vijftig bedrijven zich achter de afspraken om misstanden in de kledingindustrie tegen te gaan. Het aantal deelnemers groeide gestaag. De bedrijven die meedoen zetten de problemen bij hun leveranciers in landen als Bangladesh, India, Pakistan en Turkije op een rijtje. Ze zeggen onder meer toe jaarlijks een plan op te stellen om zaken als kinderarbeid, onveilige werkomstandigheden en milieuverontreiniging de wereld uit te helpen. Een onafhankelijk secretariaat beoordeelt de plannen van de bedrijven op kwaliteit en ambitie.

De bedoeling was om binnen vijf jaar 80 procent van de kleding- en textielbedrijven die actief zijn op de Nederlandse markt mee te krijgen met het CKT. Dat bleek iets te ambitieus. Momenteel doet 40 tot 45 procent van de kleding- en textielbedrijven mee.

Om ook andere bedrijven zover te krijgen om meer openheid te geven, is volgens de Sociaal-Economische Raad (SER) ook wetgeving nodig, in combinatie met vrijwillige afspraken. “Om verdere stappen te zetten, is een gelijk speelveld voor bedrijven nodig, een blijvend actieve overheid en nog meer samenwerking tussen alle betrokkenen in Nederland, Europa en wereldwijd. Uiteindelijk kan geen bedrijf achterblijven”, zegt ook Pierre Hupperts, voorzitter van het CKT. De SER zal de politiek deze zomer andermaal adviseren met regels voor kledingbedrijven te komen. Ook in Brussel wordt gesproken over strengere afspraken. Die worden dit najaar door de Europese Commissie behandeld.