Groningen trekt 22 miljoen uit voor vliegveld Eelde

Foto: ANP

De provincie Groningen geeft de komende tien jaar in totaal 22 miljoen euro aan Groningen Airport Eelde voor beveiliging en verbetering van de brandweer. Als de voor het Noorden belangrijke luchthaven in Drenthe van die provincie zoals verwacht hetzelfde bedrag krijgt, is de toekomst van het vliegveld voorlopig veiliggesteld.

De twee provincies zijn de grootste aandeelhouders van Groningen Airport Eelde. “Hiermee kan het vliegveld verder met zijn plannen”, licht de Groningse gedeputeerde Henk Emmens toe. “De wereld blijft op deze manier bereikbaar voor Groningen.” Provinciale Staten moeten nog wel akkoord gaan met de subsidie.

“Een enorm fijn besluit, ik ben er erg blij mee”, reageert vliegvelddirecteur Meiltje de Groot. “Dit geeft de komende tien jaar de zekerheid de continuïteit te waarborgen.” De toezegging voor tien jaar is nodig voor de onderbouwing voor het aanvragen van de nieuwe vergunning. “Daarom is dit ook belangrijk.”

Volgens Groningen verkiezen steeds meer vakantiegangers en zakelijke reizigers Groningen Airport Eelde boven Schiphol. Onder meer Transavia, Corendon en TUI maken er gebruik van. De provinciale investeringen moeten leiden tot 100.000 tot 200.000 extra reizigers per jaar.

Het vliegveld maakte eerder duidelijk zelf vanaf 2025 kostendekkend te kunnen opereren als beide provincies de komende tien jaar over de brug komen. Groningen Airport Eelde denkt te kunnen groeien naar 350.000 passagiers per jaar, het maximale aantal in zowel de oude als de nieuwe vergunning. Dit jaar zijn het er naar schatting 140.000.

De luchthaven is in gesprek met Schiphol over een mogelijke samenwerking. Groningen en Drenthe zijn daar voorstander van. Dat geldt ook voor de rijksoverheid, die wil dat Schiphol meer regie kan voeren. De Schiphol Group is al (deels) eigenaar van de luchthavens van Eindhoven, Rotterdam en Maastricht. Directeur De Groot van Eelde verwacht dat Schiphol een minderheidsbelang gaat nemen. “Maar we zijn nog in de fase van verkenning.”