Binnensport ziet sportdeelname slinken en vraagt perspectief

Foto: ANP

Meer dan dertig binnensportbonden en belangenorganisaties vragen een duidelijk perspectief van de regering voor de 6 miljoen mensen die door de coronamaatregelen nog altijd niet kunnen sporten in sporthallen en -zalen. In een gezamenlijke brief doen ze een dringende oproep aan het (demissionaire) kabinet en de Tweede Kamer om bij een volgend keuzemoment meer oog te hebben voor “de helft van sportend Nederland die nu noodgedwongen inactief is”.

Tot op heden is alleen buiten sporten toegestaan. Vanaf dinsdag geldt weer een kleine verruiming. Dan mogen ook mensen vanaf 27 jaar in groepjes van maximaal vier in de buitenlucht sporten, op 1,5 meter en georganiseerd op een sportaccommodatie.

Voor de binnensportbonden biedt dat geen soelaas. Zij presenteren in hun oproep zorgwekkende cijfers over de sportbeoefening, met name onder kinderen. “Van de 6 miljoen mensen die in januari 2020 nog actief hun sport beoefenden, was in januari 2021 nog slechts een derde over”, aldus de bonden in hun brandbrief. “Zeker 4 miljoen binnensporters missen daardoor de mogelijkheid om met hun sport geluk, plezier en ontspanning te vinden. Deze groep heeft ook nauwelijks de gelegenheid om aan hun sterk afgenomen mentale en lichamelijke gezondheid te werken.”

De daling is het grootst is onder kinderen en jongeren. “En dat terwijl vitaliteit en weerbaarheid juist nu nodig zijn om uit de crisis te komen”, schrijven de verenigde bonden. “Op dit moment sport nog maar de helft van de jeugd minimaal één keer per week, terwijl we in Nederland eraan gewend waren dat 80 procent van deze leeftijdsgroep wekelijks actief aan sport doet. Ruim 1 miljoen kinderen tot 18 jaar sport hiermee niet of veel minder”, aldus de bonden en belangenbehartigers in hun brief aan premier Rutte, minister De Jonge (Volksgezondheid), minister Van Ark (Sport) en de Tweede Kamer.

Sportkoepel NOC*NSF steunt de oproep. “Zeker driekwart van de kinderen was begin vorig jaar nog actief aan het sporten, nu geldt dat nog maar voor net iets meer dan de helft. Dit is historisch laag”, zegt algemeen directeur Gerard Dielessen. “Een grote groep kinderen sport nu al bijna een jaar helemaal niet meer. Met name de sluiting van alle binnensportaccommodaties is daar een belangrijke oorzaak van. De gevolgen zijn ernstig. De weerbaarheid, gezondheid en vitaliteit van de samenleving staan op het spel. Daarom is het zo belangrijk dat de binnensporten ook weer aan de gang kunnen.”