De rechtbank in Breda heeft een 67-jarige man woensdag veroordeeld tot zestien jaar voor de moord op zijn vrouw. Jan B. wurgde haar op 13 juni 2021 in hun woning, twee dagen later overleed ze in het ziekenhuis aan haar verwondingen.
Meerdere mensen waren getuige van de moord. Een buurvrouw hoorde de vrouw om hulp roepen en probeerde haar uit het appartement in Breda weg te halen. B. versperde zijn vrouw echter de weg en dreigde de buurvrouw ook iets aan te doen als ze niet wegging. Een bezoeker van andere buren, een agent, bonkte hard op de deur en probeerde B. tevergeefs te laten stoppen met wurgen. B. riep daarbij dat hij pas zou stoppen als zijn vrouw dood was. "Ik laat haar niet los, ze moet eerst dood", riep hij.
Het stel was ruim twintig jaar samen. In de laatste jaren was het huwelijk erg slecht. B. dronk veel alcohol en had zijn vrouw al eerder mishandeld. In februari 2020 belde B. zelf de politie om te zeggen dat hij zijn vrouw zou vermoorden. Zij werd aangetroffen met blauwe plekken en de tanden waren uit haar mond geslagen. De man werd destijds veroordeeld voor bedreiging en mishandeling.
Tijdens de behandeling van de zaak eerder deze maand, had de zoon van het slachtoffer gezegd dat hij zijn moeder al jaren niet meer had zien lachen "behalve als ze de kleinkinderen zag". Daar kon ze volgens hem echter niet op passen, door het onberekenbare gedrag van haar echtgenoot.
B. had bij de rechtbank verklaard dat de moord "een zwart gat" voor hem was. maar de rechtbank gelooft dat niet. De rechter spreekt van een "meedogenloze" moord en hekelt de "grove minachting" waarmee hij over zijn vrouw sprak, ook nadat hij haar gewurgd had. "Hij heeft geen spijt of berouw getoond en ook geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden."
Deskundigen zeiden dat de man minder toerekeningsvatbaar is vanwege zijn persoonlijkheidsstoornis en narcistische en borderline kenmerken. Er was veertien jaar cel geëist.