Koopkracht groeit met 1,5 procent

De koopkracht zal volgend jaar gemiddeld groeien met 1,5 procent. Ingewijden bevestigen berichtgeving van de NOS, die inzage heeft gehad in de Macro-Economische Verkenningen (MEV) die op Prinsjesdag worden gepresenteerd.

Het Centraal Planbureau (CPB) ging vorige maand nog uit van een koopkrachtstijging van 1,3 procent voor een doorsnee huishouden. Vorig jaar groeide de koopkracht met 0,5 procent. Uit de MEV blijkt dat 96 procent van de huishoudens er in 2019 op vooruitgaat.

Het kabinet liet na die cijfers van het CPB al weten nog eens te gaan kijken naar de koopkracht. Een deel van de uitkeringsgerechtigden zou er volgens het CPB op achteruitgaan. ,,We zijn aan het kijken hoe we de cijfers verder kunnen verbeteren'', verklaarde premier Mark Rutte daarna.

Het kabinet haalt ook nog steeds meer geld binnen dan het uitgeeft. Het begrotingsoverschot komt uit op 1 procent. Dat krijgt onder meer een impuls door de recordboete die ING-bank is opgelegd. Die levert in totaal 775 miljoen euro op. Vorig jaar kwam het overschot uit op 0,4 procent.

Verder staat in de stukken dat de afschaffing van de dividendbelasting 1,9 miljard euro gaat kosten. Dit komt voor rekening van het bedrijfsleven. Het midden- en kleinbedrijf wordt wel ontzien.