Hof doet nog geen uitspraak over Krimgoud

Foto: ANP

Het gerechtshof in Amsterdam doet nog geen uitspraak over de bestemming van de geleende collectie Krimgoud. Het hof heeft meer informatie nodig om tot een definitief oordeel te kunnen komen. Tot die tijd mogen de schatten onder de hoede blijven van het Allard Pierson Museum, dat de collectie leende voor een tentoonstelling in 2014.

In het hoger beroep strijden Oekraïne en vier musea op de Krim om de kunstwerken. Het Amsterdamse museum kreeg voor de tentoonstelling ‘De Krim – Goud en Geheimen van de Zwarte Zee’ honderden archeologische topstukken in bruikleen van instellingen op de Krim. Tijdens die expositie annexeerde Rusland het Oekraïense schiereiland en ontstond de vraag naar wie de schatten na afloop terug moesten: naar Oekraïne – waar de Krim dus niet meer toe behoorde – of naar de uitlenende musea, die nu onder Russisch bestuur vallen.

Zowel Oekraïne als de Krim-musea beschouwen de schatten als hun cultureel erfgoed. Het Allard Pierson Museum vroeg de rechtbank in Amsterdam over de kwestie te oordelen. Die wees eind 2016 Oekraïne aan als rechtmatige eigenaar, omdat dat het land van herkomst is en de objecten cultureel erfgoed van dat land zijn. Rusland ging in beroep en dreigde de samenwerking met Nederlandse musea stop te zetten als ook het hof in het voordeel beslist van Kiev.

Het gerechtshof meent anders dan de rechtbank dat Oekraïne de Krim-schatten niet kan opeisen op grond van de Erfgoedwet. Het komt er volgens het hof nu op aan wie de sterkste rechten heeft; de Krim-musea met het door hen gestelde recht van operationeel beheer of Oekraïne dat zich als eigenaar beschouwt van de kunstwerken. Hierover willen de raadsheren nu meer informatie.

De partijen krijgen twee maanden de tijd om de gevraagde inlichtingen te verstrekken. De uitspraak volgt naar verwachting over zes tot negen maanden.

Het Allard Pierson Museum zegt de stukken veilig te bewaren tot er een definitief oordeel volgt. Dat dit nu langer duurt, brengt extra kosten met zich mee, erkent een woordvoerder. Eerder besliste de rechtbank dat Oekraïne 111.000 euro moest betalen aan het museum voor de opslag. “Die kosten zijn inmiddels opgelopen”, aldus de zegsman. Hij kon niet zeggen tot welk bedrag.