“Mannen zijn goed in het maskeren, de tranen verbijten en het niet toegeven dat ze hulp nodig hebben”

Tim Overdiek
Tim Overdiek
Foto: Tessa Posthuma de Boer

Tien jaar geleden verongelukte de vrouw (41) van oud journalist en rouwcoach Tim Overdiek. Ze hadden samen twee zonen. Na een jaar schreef hij zijn eerste boek over hoe het is om weduwnaar zijn en verdiepte zich daarna in de onderwerpen verlies en rouw, met name onder mannen. Hij werkt inmiddels al jaren als rouwcoach en onlangs kwam het boek ‘Als de man verliest’ uit, samen geschreven met mannentherapeut Wim van Lent. Nieuws.nl sprak Tim over hun boek. “Je kan niet aan een man zien dat het heel erg slecht gaat.”

Wat een prachtige titel voor je boek, Als de man verliest, waarin het woord ‘verliest’ voor zoveel meer staat.

“Ik ben zelf ook erg tevreden over de titel toen die binnenviel. Het dekt de hele lading, want als de man verliest, wat dan? Dan zit hij met zijn handen in het haar, want hoe gaat hij hiermee om? Verlies komt in alle soorten en maten, en soms heb je niet in de gaten dat een verlies veel harder ingrijpt dan je denkt. Ik had het hier met mijn coauteur Wim van Lent over. Hoe vangen we al die verliezen op? Hij zei dat je een stapel van verlies hebt, die door de jaren heen steeds groter wordt. In je jeugd maak je een scheiding of overlijden mee, daar leef je mee en op een gegeven moment wordt de stapel zo groot, dat deze gaat wankelen. Dan komt er iemand binnen in mijn praktijk, omdat het sinds het laatste verlies niet meer werkt. Dit kan gedoe op werk zijn en deze persoon moet iets anders gaan doen, maar dat gaat dan niet. Dan moeten we gaan onderzoeken waarom en hoe het hem al die jaren wel is gelukt. Dit heeft met overlevingsstrategieën te maken.”

Hoe werkt dat bij mannen en hun overlevingsstrategieën?

“Vaak is verlies niet doorleefd, maar is er overleefd, en dus niet stilgestaan bij de pijn en het verdriet. Mannen zijn daar goed in, die zeggen: het gaat goed. Je kan niet aan een man zien dat het heel erg slecht gaat. Ik had onlangs een cliënt, die zat in mijn stoel met relatieproblemen. Zijn vrouw was vier jaar geleden overleden en met zijn nieuwe relatie ging het niet goed. Hij had een grote glimlach op zijn gezicht en zei dat het wel heel erg zwaar was. Jeetje, dacht ik later, deze man zat helemaal stuk te gaan, maar je zag het niet aan hem. Ze laten niet zien hoe ze zich werkelijk voelen en dat ze het soms niet meer weten, tot het punt aan toe, want dit maak ik ook mee, dat ze zeggen: het hoeft niet meer. Mannen zijn goed in het maskeren, de tranen verbijten en het niet toegeven dat ze hulp nodig hebben.”

Wat is volgens jou het wezenlijke verschil hierin met vrouwen?

“Vrouwen laten sneller zien dat ze het zwaar hebben, kunnen beter hun emoties laten zien en om hulp vragen. Dat vind ik het wezenlijke verschil. De pijn is even groot, maar hoe ze ermee omgaan is anders.”

Volgens mij speelt de maatschappij, opvoeding, het onderwijs hier een grote rol in. Zijn we werkelijk zo verschillend? Een jongen van vier jaar is van nature heel zacht, teder en kwetsbaar.

“Het is én én. Er is biologisch gezien een verschil tussen mannen en vrouwen in termen van zachtheid en kracht, maar het is zeker ook maatschappelijk bepaald. Al eeuwenlang wordt er van jongens verwacht dat ze zich vermannen en worden meisjes makkelijker op schoot getrokken als er iets mis is. Op het voetbalveld hoor je niet te huilen als jongen, dat wordt er al heel jong ingestampt. Je moet flink zijn, jezelf vermannen, daar word je sterk van. Dit geldt ook voor reclame uitdingen. Het is wel aan het veranderen, maar nog niet breed genoeg. Het is voor zowel mannen als vrouwen oké om zacht en kwetsbaar te zijn. Dat blijf ik ook in ons boek benoemen. Je hebt het als man misschien niet van je vader geleerd, maar het is nu aan jou om te zeggen: die emoties mogen er zijn. Ga bij je partner zitten, vertel je kinderen over je angsten en onzekerheden en onderzoek de relatie met je eigen vader. Leer je kinderen dat het ook anders kan.”

Het boek is ook zeker een aanrader voor vrouwen. Wat kunnen zij van je boek leren?

“Het is een mooie inkijk voor de vrouw, dus om te lezen en erachter te komen hoe mannen het doen, omgaan met verlies. Dat ze daarom liever naar hun werk gaan, in de schuur gaan zitten of achter de televisie. Mannen trekken zich terug, en dat betekent niet dat ze geen emoties hebben, maar je komt er niet bij. Een vrouw gaat er dan aan haar man trekken en zegt: we moeten praten, maar daar heeft hij geen zin in. Dus meer praten is niet de oplossing. We geven veel voorbeelden van hoe vrouwen kunnen leren van mannen. Mannen willen liever doen dan praten, maar ze moeten wel bij elkaar gaan zitten in tijden van groot verdriet.”

Je hebt zelf twee zonen, een van 22 en een van 19. Hoe ga je met hen om en wat leer je van ze?

“Ik merk dat ik nog steeds fouten maak in mijn bewegingen. Ik heb dit boek wel geschreven,  maar maak zelf ook fouten. Ik heb het ook nog steeds over koetjes en kalfjes, en dan zeg ik tegen mezelf: Tim, vraag hoe het met ze gáát en laat je niet afschepen met een makkelijk antwoord.  Vraag door. Ik heb deze zomer heel bewust de keuze gemaakt om mezelf meer te openen. Ik ben met beide zonen apart met vakantie gegaan en heb tijdens die trip veel meer over mezelf verteld, zoals over seks, over mijn liefdesleven, over hoe ik zelf was op die leeftijd. Daar moest ik best een drempel voor over. Dat zijn niet gesprekken die ze perse willen voeren, maar als ik mezelf kwetsbaar openstel, komen die gesprekken er wel. In een auto kun je prachtige gesprekken voeren. Dan hoef je elkaar niet aan te kijken.”

Wat is er volgens jou nodig in de opvoeding?

“Het gaat om het creëren van een veilige bedding, dat kinderen weten: oh, hiervoor kunnen we ook bij papa terecht. Veel vaders hebben dit zelf niet meegekregen, en dat je dergelijke gesprekken met je vader voert. Veel vaders hebben niet geleerd om te praten en er was ook geen veilige bedding. Dan wordt het lastig als je tegenslag te verwerken hebt. Een man wil het graag oplossen, die maakt van tegenslag een projectje, maar bij groot verlies valt er niks te fixen. Hoe ga je om met dat gevoel van onmacht? Daar kunnen vrouwen beter mee omgaan. Mannen willen in actie komen en gaan van de onmacht in de almacht, en dan vertonen ze vluchtgedrag. Harder werken, alcohol, drugs, sporten, compensatiegedrag, alles om te vermijden dat je naar de pijn en het verdriet moet, want dat is niet fijn. Zo kan er isolement ontstaan en kunnen ze rare dingen gaan bedenken, zeker als ze geen hulp vragen. Vanuit die eenzaamheid kan het opschuiven naar een donkere hoek waar je niet wilt zijn. Dan kan je in de gevarenzone komen. Helaas, of eigenlijk gelukkig, zie ik in mijn praktijk mannen die er wel over praten. Die zeggen dat het allemaal niet meer hoeft, maar ze praten wel.”

Over de dood raak je nooit uitgeleerd, zo schrijf je. Wat heb je over de dood geleerd?

“De dood blijft wel een ploert, een smeerlap, zeker als iemand te vroeg of plotseling door een ongeluk uit het leven wordt gerukt, zoals mijn vrouw. Dat is kut met peren. Het is zo zonde, het had niet gehoeven. 41 jaar en twee zonen.  Sorry hoor, ik ben er weliswaar een beter mens door geworden, maar het is onverteerbaar dat ze er niet meer is. Ik denk wel elke dag aan mijn eigen dood om vol te kunnen leven. Als je de dood ontkent, ontken je het leven, zoals Roek Lips in ons boek zegt. Dus nu weet ik: als ik een dag niet aan de dood heb gedacht, heb ik niet geleefd.”

Je reflecteert dat er leven is na het overlijden van een dierbaar persoon. Wat is het grootste cadeau wat je gekregen hebt van de dood van je vrouw?

“Als je de rouw aangaat, krijgt de liefde die er was een nieuwe vorm. De liefde die ik nu voel voor Jennifer, die is zo verankerd in wie ik ben geworden. Dat vind ik een cadeau. Dat het leven dat kan bewerkstelligen.”