Energie in huis: van label F naar A

Foto: Pexels.com

De Minister van Binnenlandse Zaken Ollongren stelt het verplichte nieuwe energielabel voor woningen niet uit. Hier was discussie over omdat huiseigenaren meer moeten betalen voor het nieuwe label. Nu kan het label nog digitaal worden aangevraagd voor 7,50 euro, maar vanaf 1 januari lopen de kosten op tot gemiddeld 190 euro. Hoe zit het eigenlijk met dat energielabel?

Prijzig nieuw label

Bij de verkoop of verhuur van je huis ben je verplicht het juiste energielabel te overhandigen aan de nieuwe bewoner. Als je dat niet doet, kan je een boete van 170 euro verwachten. Het energielabel laat zien hoe energiezuinig een huis is. Vanaf 1 januari 2021 kan je het label niet meer online aanvragen, maar moet er een energiedeskundige langskomen om je woning te inspecteren. Daardoor lopen de kosten op.

Voordelen hoger energielabel

De energiekosten van een huishouden kunnen nogal uiteen lopen. Een deel daarvan ligt aan de prijsafspraken die jij met je leverancier maakt – reden om af en toe even verschillende energie aanbiedingen met elkaar te vergelijken. Maar naast je tarief, maakt je verbruik ook nogal wat uit. En dat verbruik heeft niet alleen te maken met hoe lang je onder de douche staat, maar wordt ook in grote mate beïnvloed door hoe je huis omgaat met de energie die er is. Ofwel: of het energielabel F of A++ heeft.

Energie terugverdienen

Bij een oudere woning verdienen simpele energiebesparende maatregelen zich dan ook vaak snel terug. Maar niet elke investering levert meteen iets op. Sommige aanpassingen – zoals zonnepanelen – zijn zo ingrijpend dat het even kan duren voordat je je geld terugziet. Wel is het natuurlijk zo dat ook dan je woning comfortabeler en milieuvriendelijker wordt. En dat betekent vaak weer dat je huis in waarde stijgt.

Invloed op je energielabel

Er zijn 7 klassen. Energielabel A is zeer energiezuinig, label G zeer onzuinig. Online kan je bekijken welk voorlopig energielabel je nu hebt. Dit label zegt alleen niet zoveel. Als er nog dingen zijn veranderd aan je huis, heb je waarschijnlijk een ander label. De punten die invloed hebben op je definitieve label zijn: de beglazing, de isolatie van je muren, vloer en dak, de tapwatervoorziening, je verwarmingstoestel, je ventilatiesysteem en de aanwezigheid van een zonneboiler of zonnepanelen.

Van energielabel G naar A

Als je wil weten wat dat concreet betekent, kan je online veel informatie vinden. Op de site van Milieu Centraal is bijvoorbeeld te zien dat als je een hoekwoning van 96 vierkante meter uit 1955 hebt, zonder mechanische ventilatie, je nu waarschijnlijk energielabel G hebt. Als je zorgt voor een HR-combiketel, vloer- en dakisolatie van 17 centimeter, spouwmuurisolatie, HR-glas installeert in je woon- en slaapkamers, een hybride waterpomp aanschaft en 12 zonnepanelen neerlegt, zit je ineens op label A.

Alternatieven voor energielabel A

Maar uiteraard kan je het ook iets minder fanatiek aanpakken en één (of een paar) van bovenstaande dingen doen, zodat je ergens ertussenin uitkomt. Mocht je helemaal geen zin hebben in gedoe: als je voor 1 januari een nieuw label aanvraagt, kan het gewoon nog voor 7,50 euro online. Het label blijft vervolgens nog tien jaar geldig.

Of je gaat in een hutje op de hei wonen. Daar heb je überhaupt geen energielabel nodig – alleenstaande gebouwen met een gebruiksoppervlakte van minder dan 50 vierkante meter zijn uitgezonderd van de verplichting. Woonboten trouwens ook.