Stijgend aantal particulieren belegt, is dat ook iets voor jou?

Foto: Unsplash.com

Het aantal particuliere beleggers is het afgelopen jaar flink gestegen. Vermoedelijk zal dat aantal in 2021 nog verder stijgen. Met spaargeld valt niets meer te verdienen, we hebben noodgedwongen alle tijd, en de beurs ziet er bovendien best rooskleurig uit. De afgelopen periode bleef de koers van de AEX-index omhoog gaan. De Bitcoin verbrak het ene na het andere record. Maar is beleggen inderdaad voor iedereen nu een goed idee?

Bijna 1 op de 4 naar de beurs

Volgens onderzoek van Kantar (voorheen: TNS NIPO) investeerden in 2020 maar liefst 1,75 miljoen Nederlandse huishoudens hun geld in de beurs. Dat is een explosieve groei van 17 procent. 22 procent van de huishoudens – bijna één op de vier dus – kan zichzelf inmiddels dan ook particulier belegger noemen. Van de nu nog niet beleggende huishoudens is 12 procent van plan om zich bij deze groeiende groep aan te sluiten.

Zelf beleggen of niet?

Als je bij die 12 procent hoort, of net bent begonnen, laat je je hopelijk goed informeren. In datzelfde onderzoek van Kantar wordt duidelijk dat steeds meer beleggers zelf beleggen. Ofwel: ze investeren op eigen houtje, zonder professioneel advies van bijvoorbeeld een vermogensbeheerder. Uiteraard kan dat goed uitpakken als je weet wat je doet, want advies is nooit gratis, maar de resultaten van beginnende zelfbeleggers vallen nog weleens tegen.

Kennis kost geld of tijd

Als beginner moet je je dan ook afvragen of je zelf genoeg kennis in huis hebt of dat het toch verstandiger is om eerst even jezelf bij te scholen. Of dat je wellicht toch wat geld moet reserveren voor goede ondersteuning. Zoals bekend, is beleggen nooit zonder risico, maar zonder enige kennis van zaken verbeteren je kansen niet. Als je geen geld of tijd over hebt om bewust en weloverwogen te beleggen, kan je deze beleggingshype dan ook beter even aan je voorbij laten gaan.

Rendement spaarrekening versus beleggen

Mocht je dat er wel in kunnen stoppen, dan is het rendement op beleggen op dit moment gemiddeld genomen inderdaad een stuk beter dan dat van je spaarrekening. Sparen kost inmiddels zelfs geld als je pech hebt. De spaarrente is meestal nog niet negatief, maar schommelt op dit moment ergens tussen de 0,0 en de 0,01 procent. De belastingdienst gaat er ondertussen echter wel vanuit dat je meer rente binnenhaalt – en willen dus graag dat je daar 31 procent van afdraagt.

Sparen zonder risico

Maar die spaarrekeningkosten zijn wel tamelijk goed te overzien. In het geval van beleggen is het nooit meer dan een verwachting. Sparen heeft wat dat betreft één duidelijk voordeel: je weet precies waar je aan begint. Ja, je verdient er op het moment niets mee, maar toen corona net uitbrak zal de gemiddelde KLM-belegger toch best jaloers op je zijn geweest.

Een vette auto, of gewoon een warm thuis

De vraag is dan ook vooral: hoeveel risico wil je lopen? Waar is het geld dat je wil investeren voor bedoeld? Het is natuurlijk nooit leuk om geld te verliezen. Maar het maakt nogal wat uit of je er volgend jaar een vierde nieuwe auto van wil kopen, of dat je er over 15 jaar, na pensionering, je woonlasten van moet betalen.

In het eerste geval wil je misschien inzetten op meer rendement op de korte termijn, met een groot risico dat die auto er nooit komt. In het tweede geval kies je natuurlijk liever voor veilige, lange-termijn-investeringen. Of toch maar die niet zo rendabele, maar wel veilige spaarrekening.