De Tweede Kamer wil dat het demissionaire kabinet voorlopig niet instemt met het investeringsverdrag dat de Europese Unie en China eind vorig jaar overeen zijn gekomen. De regering in Peking moet eerst een aantal akkoorden tekenen die de positie van arbeiders verbetert en dwangarbeid tegengaat.
Een meerderheid steunt woensdag een motie van scheidend ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind. Het CDA, D66, PvdA, GroenLinks, SP, SGP en 50PLUS schaarden zich achter de motie.
China ligt al langer onder vuur vanwege de onderdrukking van de Oeigoeren, een moslimminderheid in de noordwestelijke autonome regio Xinjiang. Ongeveer een miljoen Oeigoeren verblijven in zogenoemde heropvoedingskampen. Verder wordt er melding gemaakt van dwangarbeid en gedwongen sterilisatie.
Xinjiang is de belangrijkste katoenregio van China. De Kamer vroeg het kabinet eerder al Nederlandse kleding- en textielbedrijven aan te moedigen zich terug te trekken uit Xinjiang. Ook spraken de volksvertegenwoordigers uit dat er volkerenmoord wordt gepleegd op de Oeigoeren tot woede van China.
Het investeringsverdrag tussen Brussel en Peking kwam er na zeven jaar onderhandelen. Maar voordat Nederland met dit verdrag instemt moet de Chinese regering eerst vier conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) ratificeren, vindt de Kamer. Die conventies hebben betrekking op de vorming van vakbonden, het afsluiten van cao’s en dwangarbeid.
Dinsdag kwam naar buiten dat D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma en de Nederlandse EU-ambassadeur Delphine Pronk door de Chinese regering op een sanctielijst zijn geplaatst. Ze mogen het land niet meer binnen. De lijst is een reactie op het besluit van de EU om China strafmaatregelen op te leggen vanwege de behandeling van de Oeigoeren.
Voorzitter Khadija Arib van de Tweede Kamer heeft bij de Chinese ambassadeur in Den Haag geprotesteerd tegen het ‘onacceptabele’ besluit om Sjoerdsma te straffen. Eerder moest de ambassadeur al bij minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) op het matje komen vanwege de stap tegen de D66’er.