Rutte: het zou wat zijn als ministers grondwet bewust schonden

Foto: ANP

Demissionair premier Mark Rutte blijft erbij dat hij en zijn kabinet de Tweede Kamer op een correcte manier hebben geïnformeerd. Ook herhaalde hij tijdens een debat over de notulen over de kindertoeslagenaffaire dat hij vindt dat hij de Kamer het feitenrelaas heeft gegeven waar in een motie om was gevraagd. Anders dan de Kamer vindt hij dat dat relaas volledig genoeg was, al is het maar omdat ze anders niet zouden voldoen aan het veelvuldig aangehaalde artikel 68 uit de grondwet.

Rutte sprak in het debat met onder anderen Esther Ouwehand (PvdD) en Farid Azarkan (DENK) over passages in de notulen van de ministerraad. De oppositiepolitici hielden de premier voor dat zij aanwijzingen zagen dat het kabinet in 2019 informatie achterhield omdat die tot politieke ophef zouden leiden. De Kamercommissie die dit onderzocht, was deze mening ook toegedaan. Toch is er niets onrechtmatigs gebeurd, zei Rutte bij herhaling.

De demissionair premier zei bij herhaling dat de afweging om stukken niet te delen, vooral te maken had met het uit de wind houden van ambtenaren. Ten eerste zijn ministers politiek verantwoordelijk voor het handelen van ambtenaren op hun departementen en ten tweede was het tijdenlang staand beleid dat ambtelijke stukken waarop beleid wordt gebouwd, in beginsel niet worden gedeeld met de Kamer. Dat laatste is volgens hem al sinds de jaren tachtig gebruikelijk, maar wordt onder zijn leiding veranderd, benadrukte de minister-president. Het kabinet heeft bij zijn aftreden hiertoe besloten.

In de notulen stonden meerdere passages die suggereerden dat tijdens de ministerraad alvast werd nagedacht over de politieke gevolgen van het openbaar maken van bepaalde documenten. Zo zei justitieminister Ferd Grapperhaus dat hij zich afvroeg of staatssecretaris Menno Snel ermee “wegkomt” als hij de Kamer geen feitenrelaas stuurde, zoals wel was verzocht. Hij bood aan om samen met Wopke Hoekstra (net als hij CDA-lid) mee te denken over “een wijze waarop kan worden gesteld” dat een kabinetsreactie “tevens een feitenrelaas bevat”.

Volgens Rutte moet de uitspraak van Grapperhaus juist gezien worden als een waarschuwing dat de Kamer volgens de grondwet recht heeft op die informatie. “Het zou nogal wat zijn als een ministerraad met zestien ministers in flagrante delicto zit te delibereren, vier partijen: hoe gaan we proberen de Kamer niet goed te informeren? Dat is niet gebeurd”, zei Rutte. “Dat is níét gebeurd.”