Kamerleden: lage opkomst ‘schuld’ van politiek

Foto: ANP

De historisch lage opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen is zorgelijk en voor een groot deel de schuld van de landelijke politici. Dat stellen diverse Kamerfracties. “We hebben ons het afgelopen jaar niet van onze beste kant laten zien”, stelt Derk Boswijk, campagneleider van het CDA.

“Als politiek moeten we als eerste naar onszelf kijken”, vindt Boswijk. Dat vinden ook PvdA, SGP en de Partij voor de Dieren. “De lage opkomst is een opdracht aan alle politici om integer te handelen en het in ons gestelde vertrouwen waar te maken”, stelt PvdA-Kamerlid Khadija Arib. Fractievoorzitter Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren) vindt dat de politiek, en vooral de coalitiepartijen, de hand in eigen boezem moeten steken. Die hebben er de afgelopen jaren een potje van gemaakt, vindt ze.

De politiek moet eerlijker worden en “niet meer om de hete brij heen draaien”, stelt Ouwehand. CDA’er Boswijk vindt dat politici meer het land in moeten en daar uitleggen welke dilemma’s er spelen en hoe de politiek werkt. Als partij krijg je niet alles voor elkaar en moet je compromissen sluiten, aldus Boswijk. “Maar dit is niet iets wat van vandaag op morgen geregeld is.”

De woordvoerder van de SGP stelt dat “politici betrouwbaar moeten zijn en geen loze beloften doen”.

Hoewel gemeenten steeds meer taken krijgen, is er steeds minder belangstelling voor de lokale politiek, twittert een bezorgde D66-campagneleider Sjoerd Sjoerdsma. PvdA en Volt maken zich grote zorgen over het feit dat veel mensen zich niet vertegenwoordigd voelen of niet door de politiek worden bereikt.

De kiesgerechtigde leeftijd moet worden verlaagd van 18 naar 16 jaar, meldt Volt. Als jongeren eenmaal stemmen, blijven ze dat doen, meent campagneleider Anna Strolenberg. In het onderwijs moet daarnaast meer aandacht komen voor de rol en functie van gemeenteraden. “Jongeren hebben hier weinig kennis over.”

Het zou goed zijn als de minister van Binnenlandse Zaken de oorzaken van die lage opkomst gaat onderzoeken, menen CDA, PvdA, SGP en Volt. “Maar ik ga er vanuit dat politici het antwoord ook bij zichzelf zoeken en reflecteren op hun eigen optreden”, voegt Arib daar meteen aan toe. Ouwehand verwacht er niet veel van. De sleutel ligt volgens haar in het herstel van vertrouwen. “Het is funest als het wantrouwen in de politiek zo groot is.”

De opkomst bij de raadsverkiezingen is uitgekomen op 50,9 procent. Vier jaar geleden bracht 54,9 procent van de kiezers hun stem uit.