Ministerie gaat proces verbreding A27 Amelisweerd voortzetten

Foto: ANP

Het ministerie van Infrastructuur gaat toch verder met proces om de A27 bij het Utrechtse Amelisweerd te verbreden, laat minister Mark Harbers (Infrastructuur) aan de Tweede Kamer weten. Het ministerie had de besluitvorming op pauze gezet, zodat partijen uit de regio met alternatieven konden komen. Maar die alternatieve plannen voldeden volgens een externe commissie niet aan de eisen voor onder meer verkeersveiligheid, laat een ministeriewoordvoerder weten.

Het departement zet de plannen door, omdat het niet wil dat de huidige fileproblematiek nog groter wordt. Eerst past het ministerie de onderbouwing van de stikstofberekening aan, zodat die voldoet aan de eerder aangescherpte regels daarvoor. Vervolgens moet de Raad van State oordelen of het project door kan gaan. Daarna volgt de aanbesteding. “De schop zal daarom niet direct in de grond gaan”, schrijft Harbers. Als alternatieven zich toch nog aandienen, dan kan het plan alsnog worden aangepast, aldus de minister.

Het project roept veel weerstand op in de omgeving. Voor de verbreding moeten honderden bomen uit het historische bos worden gekapt. Zowel de gemeenteraad van Utrecht als de provincie zijn daartegen. De regionale besturen willen een snelheidsverlaging bij Amelisweerd, zodat verbreding niet nodig is. De Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma was eerder “ontzettend blij” dat de optie voor alternatieven in het regeerakkoord staat.

Dijksma en de provincie Utrecht laten in een gezamenlijke reactie weten dat ze in deze Kamerbrief nog steeds de lijn van het regeerakkoord zien waarin staat dat de regio aan zet is om een alternatief voor de Ring Utrecht te maken. Daar wordt inmiddels hard aan gewerkt. “We hebben er vertrouwen in tot een goede oplossing te komen. Het alternatief zal uitgaan van de ‘bestaande bak’ van de A27, in plaats van verbreding daarvan.” Het alternatief wordt afgestemd met plannen voor woningbouw en het openbaar vervoer.

Volgens GroenLinks-Kamerlid Suzanne Kröger houdt de minister met zijn besluit vast aan een “doodlopende weg”. Zij wil dat het “volstrekt achterhaalde en peperdure plan” verdwijnt.