Droogte is voorbij, water hoeft niet meer te worden doorgepompt

Foto: ANP

Waterschappen hoeven geen water meer door te pompen naar het westen van het land. De droogte is voorbij, het regent veel en doordat de temperaturen zakken, verdampt er minder water. Het omslagpunt voor de droogte is bereikt, zeggen de hoogheemraadschappen Rijnland en Stichtse Rijnlanden, en daardoor is het niet meer nodig om te pompen.

Het rondpompen heet officieel de Klimaatbestendige Water Aanvoervoorziening (KWA). Die operatie begon half juli. Vanuit de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal pompten gemalen duizenden liters water per seconde naar de Leidsche Rijn en de Hollandsche IJssel. Daarna kon het water via de Gouwe en de Oude Rijn worden verspreid over de Randstad. Als daar het waterpeil te ver zou dalen, zou zout water van de Noordzee verder kunnen doordringen onder de grond, en die verzilting zou heel schadelijk zijn voor de land- en tuinbouw.

Stichtse Rijnlanden gebruikte onder meer het gemaal De Aanvoerder bij Utrecht. Dat pompte 7000 liter water per seconde vanuit de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal naar de Leidsche Rijn. Het gemaal wordt nu uitgezet. Daardoor kunnen boten vanaf eind volgende week ook weer over de Leidsche Rijn varen. Een ander gemaal bij Utrecht, het Noordergemaal, blijft voorlopig wel draaien om water naar de Hollandsche IJssel te pompen, maar doet dat veel minder.

Door het afbouwen van de waterdoorvoer kunnen ook andere maatregelen stoppen. Zo kunnen twee sluizen in de buurt van Haarlem en een sluis bij Harmelen weer worden gebruikt.

In de Betuwe mogen mensen overdag weer water uit sloten en plassen gebruiken om te sproeien. Het beregeningsverbod is vrijdag opgeheven. De maatregel gold sinds 10 augustus. Voor appeltelers was een uitzondering gemaakt. Ook in het Brabantse Wijk en Aalburg is bewateren weer toegestaan. In vrijwel de hele gemeente Berg en Dal en in Wijchen en Heumen blijft sproeien voorlopig wel verboden “omdat in dit gebied geen wateraanvoer mogelijk is”, aldus het waterschap Rivierenland.