Burgemeester Dijksma: klimaatgeld moet vooral naar steden gaan

Foto: ANP

Het geld voor kwetsbare landen om zich aan te passen aan klimaatverandering moet vooral gaan naar hun steden, vindt burgemeester Sharon Dijksma van Utrecht. Dat voorstel doet ze op een bijeenkomst op de VN-klimaattop in Sharm-el-Sheikh, waar ze een toespraak houdt samen met klimaatminister Rob Jetten. Dijksma is ‘speciaal gezant’ van het stedennetwerk van de Verenigde Naties.

Steden spelen een belangrijke rol om klimaatverandering tegen te gaan, zegt Dijksma. Dit kwam ook naar voren in rapporten van het VN-klimaatpanel IPCC: steden zijn hotspots, maar kunnen een belangrijk aandeel hebben in verduurzaming. Dijksma wijst erop dat in 2050 een groot deel van de wereldbevolking in steden leeft en dat steden verantwoordelijk zijn voor meer dan 70 procent van de totale CO2-uitstoot wereldwijd. Jetten benadrukt tijdens zijn toespraak het belang voor de regering om samen te werken met lokale overheden.

Jetten stelt dat steden de transitie sneller kunnen laten gaan. Als voorbeeld noemt hij Utrecht, een van de Nederlandse steden die klimaatneutraal wil zijn in 2030. Ook volgens Dijksma hebben steden “de sleutel in handen”. “Steden zorgen voor innovatie. Ze kunnen inzetten op schoon transport, duurzame gebouwen en groene energie”, aldus de burgemeester. Steden staan dicht bij hun inwoners, zegt Dijksma, en die zijn belangrijk voor het draagvlak achter klimaatactie. De COP27 houdt voor het eerst een bijeenkomst voor ministers en burgemeesters over steden en klimaatverandering. “Een mijlpaal”, volgens Dijksma. “Iets wat eerder had moeten gebeuren.”

De burgemeester wil dat landen samenwerken met steden en ze roept op om haast te maken met het tegengaan van klimaatverandering. “We hebben minder dan 100 maanden tot 2030.” Om de opwarming van de aarde te beperken, zou de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met minstens 45 procent gereduceerd moeten zijn. Deze bijeenkomst tussen ministers en burgemeesters moet vaker gaan plaatsvinden.