Terwijl de elektriciteitsproductie snel duurzamer wordt door de aanleg van windmolens en zonnepanelen, blijven veel plannen voor het vergroenen van de warmtevoorziening nog vaag. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft 338 warmteplannen van Nederlandse gemeenten geanalyseerd. Belangrijkste conclusie: veel plannen zijn nog "voorwaardelijk en weinig concreet".
Gemeenten spelen een belangrijke rol bij het verduurzamen van de warmte-opwekking. Dat is in 2019 zo afgesproken in het Nederlandse klimaatakkoord. Omdat harde doelen en vaste formats ontbreken, hebben gemeenten hun plannen op dit terrein op "zeer uiteenlopende wijze ingevuld", stelt het PBL vast. Dat maakt een vergelijking lastig.
Uit de veelvoud van plannen valt wel op te maken dat de meeste gemeenten (70 procent) duidelijk onderschrijven dat de gebouwde omgeving aardgasvrij moet worden. Andere gemeenten houden het erop dat ze 'klimaatneutraal' of 'energieneutraal' willen worden.
Wijken moeten de komende jaren steeds meer worden verwarmd op een duurzame manier. Dat kan bijvoorbeeld met stadsverwarming die draait op hernieuwbare bronnen, of met warmtepompen. Nu worden de meeste huizen en kantoren nog verwarmd met cv-ketels op aardgas. Bij de verbranding daarvan komt CO2 vrij en die uitstoot draagt bij aan klimaatverandering.
Volgens de analyse vallen inmiddels 6,9 miljoen van de 9 miljoen woningen en andere gebouwen in Nederland onder minstens één verduurzamingsplan. Van die panden moeten er in 2030 1,7 miljoen zijn aangepakt, maar slechts een kwart daarvan gaat nu richtig de uitvoeringsfase. De meeste plannen zijn nog "weinig concreet". Een tijdpad ontbreekt in veel gemeentelijke plannen, driekwart bevat ook geen duidelijk meetbaar doel.
Uit de plannen die wel concreet zijn gemaakt, blijkt dat gemeenten veel mikken op het uitbreiden of aanleggen van warmtenetten. Daarna volgen warmtepompen, zowel hybride exemplaren die op koude dagen nog wat aardgas gebruiken als volledig elektrische modellen.
In het klimaatakkoord is afgesproken dat 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen in 2030 verduurzaamd moeten zijn. Als alles meezit en ook isolatieplannen worden meegerekend, kan dat doel wel worden gehaald volgens het PBL. Daartoe moeten veel plannen wel worden versneld en diverse obstakels uit de weg worden geruimd. Gemeenten zien bijvoorbeeld nog problemen met de financiering. Ze hebben ook behoefte aan "een duidelijk kader".