Dit weekend hebben 21.000 mensen van 60 tot 64 jaar oud die geen AstraZeneca-prik hebben genomen alsnog een afspraak gemaakt voor een coronavaccinatie met Moderna of Pfizer. Dat heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport maandagochtend bekendgemaakt. Het ministerie vond het "spannend" of zich veel mensen voor de prik zouden melden, maar de belangstelling lijkt mee te vallen.
Sinds dit weekend kunnen mensen uit deze leeftijdsgroep die nog niet zijn ingeënt een nieuwe afspraak maken. De miljoen zestigers willen graag hun prik, concludeerde het RIVM eerder op basis van onderzoek: de vaccinatiebereidheid is zo'n 90 procent. Maar in hoeverre zij ook het middel van AstraZeneca wilden hebben, is vooralsnog onduidelijk.
Dat komt doordat deze vaccinaties zijn toegediend door de huisartsen en nog niet al die inentingen geregistreerd staan in het centrale systeem van het RIVM. Dat het aantal nieuwe afspraken dit weekend vrij laag is uitgepakt, betekent volgens het ministerie waarschijnlijk dat mensen toch gewoon op hun uitnodiging voor een AstraZeneca-prik zijn ingegaan. Dat is ook terecht, benadrukt een woordvoerder. Het middel is na uitgebreid onderzoek effectief en veilig gebleken. Ernstige bijwerkingen zijn zeer zeldzaam.
Het ministerie denkt niet dat het aantal nieuwe afspraken zo laag is omdat mensen die ervoor in aanmerking komen niet weten dat ze kunnen worden ingeënt. Er is de laatste tijd namelijk veel media-aandacht voor geweest, redeneert de woordvoerder. Overigens verstuurt het ministerie nog brieven met "herinneringsuitnodigingen" aan alle doelgroepen, maar die worden net als de eerste uitnodigingen op volgorde van leeftijd uitgedaan. De groep 60- tot 64-jarigen krijgt zo'n brief op zijn vroegst aan het eind van deze maand.
De extra prikmogelijkheid voor 60- tot 64-jarigen betekent in principe dat jongere groepen later aan de beurt komen, maar die invloed lijkt door het geringe aantal aanmeldingen beperkt te blijven. Vanaf maandagmiddag kunnen mensen die geboren zijn in 1985 en 1986 een afspraak maken. Een aantal keer per week komen er nieuwe geboortejaren bij.
Het RIVM wil aan het aantal nieuwe afspraken nog geen conclusies verbinden en wacht de komende dagen nog even af.