De rechtbank in Den Bosch heeft maandag dertig jaar cel opgelegd aan de 23-jarige Dennie van der Z. uit Nijmegen. Hij pleegde op 22 maart 2018 de moord op Henk Baum, in zijn auto onder een ecoduct in Schaijk.
Behalve voor de moord houdt de rechtbank hem ook verantwoordelijk voor een serie van tien aanslagen in 2018 in en rondom Oss. Hij gooide met granaten en mortieren en stak spullen in brand, waardoor soms ook explosies ontstonden. De rechtbank noemde twee aanslagen een poging tot moord, de rest brandstichting. De aanslagen pleegde hij met twee andere verdachten die vorige week al zijn veroordeeld tot celstraffen van vijftien en acht jaar.
Tegen Van der Z. was ook dertig jaar cel geëist.
De moord op de 51-jarige autohandelaar uit Nistelrode is volgens de rechtbank ook samen met anderen gepleegd, maar wie dat waren bleef onduidelijk. In afgeluisterde gesprekken gaf Van der Z. aan dat hij geld zou krijgen. De rechtbank concludeerde mede daarom dat hij de moord in opdracht pleegde. De rechtbank sprak van "een koelbloedige liquidatie. Een gebrek aan respect voor het leven van een medemens".
Baum werd vanaf zijn autosloopbedrijf door een andere auto gevolgd. Die auto werd kort na de moord gevonden, met het DNA van Van der Z. erin. Van der Z. heeft ontkend dat hij de moord pleegde. Hij vertelde wel dat hij inderdaad in die auto had gezeten, maar de rest van het verhaal vond de rechtbank "onaannemelijk" en "niet te verifiëren".
Ook over de reden dat Baum dood moest, is weinig duidelijk geworden. De opdrachten voor de moord en de aanslagen komen uit het criminele milieu, zo vermoedt justitie.
Bij de aanslagen gaat het onder meer om een granaataanslag in een Oss’ café en bij een woning in Eindhoven, maar ook brandstichting in de woning van Arie den Dekker, de crimineel die zichzelf afgelopen zomer in brand stak bij het gemeentehuis in Oss. Ook hier sprak de rechtbank over een gebrek aan respect voor andermans leven. "De aanslagen zijn op een bewuste en berekende manier uitgevoerd om mensen bang te maken of te intimideren. Het blijft gissen naar de motieven.’’