Nederland laat de top van de jongste coronagolf steeds verder achter zich. In de afgelopen week zijn 33.596 positieve tests geregistreerd. Daarmee is de uitbraak terug op het niveau van 27 juni, voor de top van de golf.
Het aantal positieve tests ligt 22,5 procent lager dan in de vorige week. Dat is de grootste daling sinds 4 mei. Voor de vijfde dag op rij daalt het aantal positieve tests op weekbasis, na 46 achtereenvolgende dagen van toename.
Tussen woensdagochtend en donderdagochtend kwamen 4500 besmettingen aan het licht. Voor een donderdag is dat het laagste aantal in vijf weken tijd. Vorige week donderdag meldde het RIVM ruim 7000 positieve tests en de donderdag ervoor bijna 7300.
Rotterdam voert de lijst aan met 216 bevestigde besmettingen. In Amsterdam kregen 183 mensen te horen dat het coronavirus bij hen is vastgesteld. Daarna volgen Den Haag (152), Utrecht (99) en Tilburg (79).
Het RIVM krijgt alleen de uitslagen van coronatests die in de testlocaties van de GGD'en zijn uitgevoerd. Zelftests worden niet meegerekend, dus het werkelijke aantal positieve tests is waarschijnlijk hoger. Maar het aantal mensen dat naar de teststraat gaat om bevestiging van een zelftest te krijgen, daalt.
Of de daling doorzet, hangt onder meer af van een nieuwe subvariant die in Nederland is opgedoken. Die heet BA.2.75 alias centaurus. Veel is nog niet bekend over deze versie van de omikronvariant van het coronavirus, maar hij lijkt in staat om de opgebouwde afweer te omzeilen. Andere subvarianten met de namen B.2.12.1, BA.4 en BA.5. konden dat ook. Doordat zij zich snel hebben verspreid, ontstond de huidige golf.