Aantal zware drinkers sinds 2014 niet gedaald

20 apr 2023, 2:31 Landelijk
aantal zware drinkers sinds 2014 niet gedaald
ANP

Het aantal zware drinkers in Nederland is tussen 2014 en vorig jaar niet gedaald. Van de Nederlanders drinkt 8 procent minstens één keer per week meerdere glazen op een dag, meldt het CBS op basis van onder meer een enquête onder ruim 3600 volwassenen die in 2022 werd afgenomen.

Zware drinkers zijn volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrouwen die minstens eens per week vier of meer glazen in één dag drinken. Voor mannen gaat het om zes glazen of meer.

De overheid en meerdere maatschappelijke organisaties hebben zich in het Nationaal Preventieakkoord tot doel gesteld het aantal mensen dat zwaar of overmatig drinkt terug te brengen tot maximaal 5 procent in 2040. Het percentage overmatige drinkers daalt overigens wel. Vorig jaar viel 6 procent van de mensen in die groep. Een overmatige drinker is volgens het statistiekbureau een man die wekelijks meer dan 21 glazen drinkt, of een vrouw die er per week meer dan 14 consumeert.

Van het totaal aantal mensen dat weleens drinkt, wil 90 procent niet minderen met alcohol. Van de mensen die 1 tot 7 glazen per week drinken, wil 94 procent niet minderen. Van de mensen die 14 glazen of meer per week wegwerken, wil eveneens de meerderheid dat aantal niet naar beneden brengen: ongeveer een derde geeft aan te willen minderen. De rest heeft geen moeite met het eigen alcoholgebruik, of meent al weinig alcohol te drinken.

Binnen het onderzoek werden ook vragen over andere gezondheidsthema's gesteld, zoals over gewicht. Vorig jaar was 20 procent van de volwassenen bezig met een poging tot afvallen. Onder mensen met ernstig overgewicht was het percentage dat een afvalpoging deed hoger dan onder mensen met matig overgewicht of een gezond gewicht. De helft van de volwassenen in Nederland heeft overgewicht en dat percentage bleef volgens het CBS afgelopen jaren nagenoeg gelijk. In 2040 zou nog 38 procent of minder overgewicht mogen hebben, vinden de samenstellers van het Preventieakkoord.