Motorclub Hells Angels is geen vereniging en kan daarom dus niet verboden worden. Dat zei advocaat Geert-Jan Knoops woensdag in de rechtbank in Utrecht. Hij reageerde daarmee op het verzoek van het Openbaar Ministerie om de motorclub te laten verbieden omdat de Hells Angels geweld zouden verheerlijken.
Volgens Knoops gaat het om mensen in allerlei verschillende maatschappelijke functies die ,,een keer per week naar een clubhuis gaan en een paar keer per jaar aan een run meedoen". In Nederland zijn zestien Hells Angels afdelingen gevestigd, maar deze bestaan volgens hem eveneens onafhankelijk van elkaar. Wereldwijd gaat het om honderden afdelingen.
De Hells Angels zouden daarom volgens de advocaat niet als vereniging verboden kunnen worden. De afgelopen jaren lukte het justitie wel om succesvol Bandidos en Satudarah via de rechter te laten verbieden. Tegen motorclub No Surrender loopt nog een procedure.
Knoops benadrukte ook nog dat, in het geval dat de rechter de Hells Angels toch als een vereniging zou zien, vrijheid van vereniging een groot goed is. ,,Inperking daarvan kan alleen als er sprake is van ontwrichting van de samenleving, en daar is geen sprake van."
Het OM heeft al eerder geprobeerd de Hells Angels te verbieden, die poging strandde tien jaar geleden bij de Hoge Raad. Knoops verwees daar veelvuldig naar. ,,Meerdere punten waar het OM nu mee aankomt, waren in 2009 ook al bekend. Het is allemaal oud nieuws." Er wordt nu volgens de advocaat opnieuw een oordeel gevraagd over iets wat al tien jaar geleden door de hoogste juridische instantie is bepaald.
Volgens Knoops heeft het OM ook zaken aangedragen die volgens hem eenvoudigweg niet kloppen. ,,De Hells Angels hebben helemaal geen clublied, dat is een mythe." Hij verwees naar de vele voorbeelden die het OM in haar betoog gaf van gewelddadigheden van motorclubleden de afgelopen jaren. ,,Ik kan ook honderden voorbeelden geven hoeveel goede doelen door de Hells Angels worden gesteund en wat ze allemaal doen voor gehandicapte kinderen."
De uitspraak in deze civiele procedure wordt 29 mei verwacht.