De advocaten van de tot levenslang veroordeelde Willem Holleeder willen in hoger beroep een veertigtal getuigen horen. Het gaat onder meer om - nogmaals - Holleeders zussen Astrid en Sonja en ex-partner. Zij hebben met hun belastende verklaringen een grote rol gespeeld bij de veroordeling van de 61-jarige Amsterdammer. Ook voormalig staatssecretaris en daarvoor officier van justitie Fred Teeven staat op de lijst van de advocaten, net als de eveneens tot levenslang veroordeelde criminelen Jesse R. en Dino Soerel.
R. is in het liquidatieproces Passage veroordeeld voor onder meer de moord op drugs- en vastgoedhandelaar Kees Houtman in 2005. Holleeder zou opdrachtgever van die liquidatie zijn geweest. Soerel is ook in dit monsterproces veroordeeld.
Volgens de rechtbank die Holleeder vorig jaar een levenslange gevangenisstraf oplegde, speelde hij een hoofdrol in een misdaadorganisatie met de criminelen Soerel en de in 2011 geliquideerde Stanley Hillis.
De verzoeken tot getuigenverhoren zijn maandag gedaan in de extra beveiligde rechtbank op Schiphol, tijdens een zogeheten regiezitting in het hoger beroep. Holleeder is daarbij aanwezig. Hij herhaalde nog eens dat hij niets met de moorden te maken heeft. Hij staat terecht voor het opdracht geven van meerdere liquidaties, onder meer die van Cor van Hout, de man van zijn zus en Willem Endstra. De vastgoedhandelaar zou door Holleeder voor een flink bedrag zijn afgeperst.
"Ik heb het al duizend keer gezegd, die man liegt en bedriegt", zei Holleeder maandag. Hij overhandigde het hof een document over de aankoop van gokhallen waaruit duidelijk moet worden wat voor schimmige constructies Endstra volgens Holleeder hanteerde. "Hij zet buitenlandse vennootschappen op zodat alles buiten zicht blijft en winsten worden in verlieslijdende bv's gezet."
Het Openbaar Ministerie ziet ook de noodzaak van het horen van de zussen en voormalige vriendin van Holleeder. Bij veel andere getuigen is dat volgens de advocaat-generaal niet nodig. Het hof zal 8 juli beslissingen nemen.
Wanneer de zaak inhoudelijk wordt behandeld, is nog niet duidelijk. De rechtbank had in eerste aanleg meer dan zestig zittingsdagen nodig om tot een uitspraak te komen. Het vermoeden is dat ook in hoger beroep vele tientallen dagen nodig zijn.