De ruimte voor recreatie in Nederland staat onder druk, vindt de ANWB. Uit een onderzoek dat de dienst heeft laten doen blijkt dat de groene ruimte per inwoner drastisch is afgenomen. In veel recreatie- en natuurgebieden is volgens de ANWB nu al te weinig ruimte. Dat leidt tot spanningen tussen de verschillende groepen recreanten en tot verstoring van de natuur. Nederland zou er tot 2050 in totaal 62.800 hectare aan groene ruimte bij moeten krijgen.
Op dit moment heeft Nederland per inwoner 308 vierkante meter aan recreatieruimte. Door bevolkingsgroei en toename van toerisme neemt de groene ruimte tot 2050 af met 32 vierkante meter per persoon, als er niets wordt gedaan, aldus de ANWB. Volgens de dienst zou 2 tot 5 procent van het totale landoppervlak in Nederland uit recreatieve ruimte moeten bestaan. Recreatieve ruimte is namelijk "van groot belang voor de fysieke en mentale gezondheid en voor de leefbaarheid van het land."
De ANWB stelt vast dat de behoefte aan recreatieruimte rond de steden het grootst is. Maar daar is tegelijkertijd de minste ruimte. De dienst vindt dat gemeenten en provincies in hun plannen voor natuurgebieden en groen veel meer aandacht moeten hebben voor noodzakelijke groene ruimte voor de mensen. Dat kan door de aanstaande plannen voor het opnieuw inrichten van de ruimte te koppelen aan recreatieve doelen. Zo is een waterbergingsgebied mogelijk geschikt voor vissen, varen en zwemmen. Op het platteland zouden fiets- en wandelroutes een kans kunnen zijn.