Een wetsvoorstel waarmee het kabinet vreemdelingen wil verplichten om zich bij hun uitzetting te laten testen op besmettelijke ziekten moet op een aantal punten duidelijker worden. Dat zegt de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), die adviseert het wetsvoorstel niet door te zetten als dat niet gebeurt.
Zo'n verplichting kan bijvoorbeeld gelden als het land van herkomst van een vreemdeling vraagt om een coronatest. Tijdens de pandemie was het volgens het kabinet niet mogelijk om sommige mensen het land uit te zetten, omdat ze die coronatest weigerden en de vreemdelingen zonder negatieve uitslag dat land niet in mochten. Hoewel de corona-epidemie voorbij is, wil het kabinet vreemdelingen bij uitzetting toch kunnen verplichten tot een medisch onderzoek, omdat nieuwe coronavarianten of besmettelijke ziekten kunnen ontstaan.
Volgens de Autoriteit Persoonsgegevens moet in het wetsvoorstel worden opgenomen dat een verplicht medisch onderzoek proportioneel is. "Het is misschien voorstelbaar dat een land wil weten of iemand een virus heeft zoals corona, maar een lichamelijke test bij zo'n persoon moet niet ingrijpender zijn dan noodzakelijk," zegt AP-vicevoorzitter Monique Verdier. "Als testen kan door met een wattenstaafje in de neus en de keel wat slijm af te nemen, dan is het niet redelijk om te verlangen dat iemand een uitgebreid bloedonderzoek ondergaat. De lichamelijke integriteit van mensen staat voorop."
Het wetsvoorstel moet ook duidelijker maken wat er met de persoonlijke informatie over de geteste personen gebeurt. In het voorstel wordt wel gesproken over het tijdig verwijderen van gegevens en het vaststellen wie die gegevens mag inzien, maar die informatie is niet specifiek genoeg, stelt de autoriteit. "Gegevens over iemands gezondheid zijn bijzonder privacygevoelig", aldus Verdier. "Er moet uiterst zorgvuldig mee worden omgegaan. Daar hebben mensen recht op. Daarom moet het wetsvoorstel beter."