Voormalig Tweede Kamervoorzitter Khadija Arib noemt het onderzoek tegen haar "een uiting van achterbakse politiek". Het is ingesteld om haar als persoon te beschadigen, stelt zij in een verklaring die haar advocaat namens haar heeft verspreid.
Arib, die zelf niet heeft meegewerkt aan het onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag, wil ook nu niet ingaan op de aantijgingen aan haar adres. Net als de oorspronkelijke meldingen zijn de gesprekken met betrokkenen anoniem, benadrukt zij.
"De anonimiteit faciliteert het ontlopen van verantwoording en verantwoordelijkheid", aldus Arib. "De anonieme beschuldigingen zijn instrumenten geworden om gekozen volksvertegenwoordigers politiek uit te schakelen of het werk onmogelijk te maken."
Arib vindt dat daardoor niet alleen haar goede naam is aangetast, maar dat ook "het vertrouwen en het aanzien van de politiek en ons parlement" zijn beschadigd.
Knoops Advocaten, het kantoor dat Arib bijstaat, stelt dat het presidium van de Tweede Kamer geen onderzoek had mogen doen naar anonieme meldingen. Arib zou ook geen echte kans op wederhoor hebben gehad, omdat zij niet wist wie wat over haar had verklaard.
Huidig Kamervoorzitter Vera Bergkamp vindt dat het onderzoek zorgvuldig is verlopen. Arib heeft volgens haar "alle mogelijkheid gehad" om haar kant van de zaak te belichten. "In het onderzoek heeft ze er niet voor gekozen."