Staatssecretaris Menno Snel van Financiën gaat volgende week naar de herdenking van de Armeense genocide in Armenië. Dat heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken bekendgemaakt. Het is de eerste keer dat een lid van het kabinet erbij aanwezig is.
Het kabinet zal nu elke vijf jaar bij de herdenking in Armenië aanwezig zijn. De Tweede Kamer erkende bijna twee maanden geleden de genocide van 1915. Toen werden in het Ottomaanse Rijk honderdduizenden Armeniërs vermoord. Volgens Turkije was er geen sprake van doelbewuste volkerenmoord.
Destijds vroeg de volksvertegenwoordiging ook een kabinetslid naar de herdenking in Jerevan te sturen. Het kabinet ging hiermee akkoord, maar benadrukte destijds wel dat het daarmee niet uitspreekt dat het een genocide was. Het kabinet blijft spreken over de ,,kwestie van de Armeense genocide".
Een ,,overwinning" en een ,,historische stap" noemde Joël Voordewind dinsdag de aanwezigheid van de Nederlandse regering bij de herdenking. Hij sprak bij een betoging van de Samenwerkende Armeense Organisaties (SAO) die willen dat het kabinet de Armeense genocide gaat erkennen.
Als het kabinet blijft spreken over 'de kwestie van de Armeense genocide' en de historische gebeurtenissen niet aanduidt als 'de Armeense genocide', dan houdt zij ,,uitsluitend rekening met Turkije, het land dat de genocide ontkent en waar deze heeft plaatsgevonden, in plaats van rekening te houden met de gevoelens van de Armeniërs", aldus het SAO.
CDA'er Martijn van Helvert benadrukte dat erkenning van de genocide geen veroordeling is van welke huidige staat dan ook. De kwestie ligt erg gevoelig in Turkije. Dat reageert altijd wordend als een land of parlement overgaat tot erkenning van de genocide.