Farmaceut AstraZeneca levert de komende twee weken minder vaccins aan lidstaten van de Europese Unie dan beloofd. Voor Nederland gaat het om ruim 217.000 doses, die later zullen arriveren. De oorzaak van de vertraging heeft de vaccinmaker niet meegedeeld, zegt een woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS).
Vanaf volgende week maandag kunnen er volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) geen vaccins worden geleverd aan priklocaties van de GGD, aan huisartsen en aan instellingen in de geestelijke gezondheidszorg. Reeds geplande prikafspraken, tot en met 14 maart, blijven staan. Nieuwe afspraken worden voor deze periode voorlopig niet ingepland, aldus het RIVM. Volgens het instituut komt er op zondag 7 maart een extra levering van 211.000 doses van AstraZeneca.
Het ministerie van VWS noemt de vertraging een tegenvaller. "Eentje die past in een patroon. We hopen dat de farmaceuten de betrouwbaarheid van hun leveringsschema snel zullen vergroten."
In Den Haag is het vaccineren met AstraZeneca op vrijdag 12 februari begonnen. In totaal krijgen ongeveer een half miljoen medewerkers van verpleeghuizen, revalidatiecentra, gehandicaptenzorg en wijkverpleging het middel toegediend. Ook kregen 63- en 64-jarigen, thuiswonende mensen met het syndroom van Down, mensen met morbide obesitas en mensen die door neurologische aandoeningen grote moeite hebben met ademhalen, de eerste doses van het vaccin.