Verhuurbemiddelaars van woningen werken nog steeds mee aan discriminatie op de woningmarkt. Uit nieuw onderzoek blijkt dat 73 procent van de onderzochte verhuurbemiddelaars niet meteen nee zegt tegen verzoeken van verhuurders om geen woning te verhuren aan mensen met een niet-Nederlandse achtergrond. Ruim een derde van de benaderde bemiddelaars (37 procent) is daadwerkelijk bereid om in ieder geval geen woning te verhuren aan Marokkanen, Turken of Polen. Dat blijkt uit het derde landelijk onderzoek naar discriminatie bij woningverhuur, dat demissionair minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting) naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Het aantal bemiddelaars dat bewust mensen wil uitsluiten, is daarmee licht toegenomen ten opzichte van de periode 2021/2022. Toen gaf 35 procent aan verhuurders tegemoet te willen komen bij het weren van mensen met een niet-Nederlandse achtergrond.
Wel is een daling te zien in het aandeel woonbemiddelaars dat twijfelt over het wel of niet verhuren aan mensen met een niet-Nederlandse achtergrond. Waar uit de meest recente monitor dus blijkt dat dit voor 73 procent van de woonbemiddelaars het geval was, zei in de periode 2021/2022 nog 80 procent van de bemiddelaars te overwegen om niet aan mensen met een niet-Nederlandse achtergrond te verhuren.
Uit de monitor 2022/2023 blijkt ook dat mensen met een Marokkaans klinkende mannennaam of Marokkaanse klinkende naam (mannen- en vrouwennaam gecombineerd) nog steeds significant minder vaak worden uitgenodigd voor een bezichtiging dan mensen met Nederlands klinkende namen. Wel is er een daling ten opzichte van de in 2021 uitgevoerde (tweede) monitor.
De meest recente monitor laat zien dat andere onderzochte profielen zoals een Marokkaans klinkende vrouwennaam, een Pools klinkende mannennaam, een homoseksueel stel en een Nederlandse vrouwennaam, geen lagere kans hadden om uitgenodigd te worden voor een bezichtiging.
De Jonge noemt woondiscriminatie een "hardnekkig" probleem, dat niet zomaar kan worden opgelost. "Het tegengaan van discriminatie verdient daarom blijvend onze aandacht", aldus de bewindsman.