Tata Steel heeft al veel maatregelen genomen om minder vervuilend te worden, maar "er moet ook nog veel gebeuren". Dat is de korte samenvatting van twee voortgangsrapportages die de provincie Noord-Holland en de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) hebben gepubliceerd. De Omgevingsdienst constateert dat alle werkzaamheden rond het staalbedrijf "een onverminderd groot beslag leggen" op de capaciteit van de toezichthouder. Die heeft bovendien moeite met het vinden van genoeg geschikt personeel, zo wordt duidelijk uit de rapportage.
De komende jaren zullen de verduurzamingsplannen van het staalbedrijf alleen maar "meer capaciteit en extra inzet van gespecialiseerde kennis" vragen van de toezichthouder. Die is daarom bezig met het werven van nieuwe medewerkers. "Net als vele andere organisaties in ons land, heeft ook OD NZKG te maken met de zeer krappe arbeidsmarkt. Daardoor is het mogelijk dat niet alle ambities waargemaakt kunnen worden", tempert de dienst de verwachtingen.
Tata Steel wil minder vervuilend worden door staal in de toekomst niet meer te produceren met behulp van steenkool, zoals nu, maar uiteindelijk met behulp van waterstof. Over die overstap naar 'groen staal' schreef de Omgevingsdienst eind mei een bezorgde brief naar de directie van het staalbedrijf in IJmuiden. De informatie die Tata tot dan toe had gegeven was "onvoldoende concreet" voor de dienst om "tijdig de juiste voorbereidingen te kunnen treffen" voor de vergunningsprocedures die zullen volgen. Afgelopen vrijdag liet Tata weten de vergroeningsplannen nog iets te willen versnellen. In 2030 hoopt het bedrijf een eerste installatie op waterstof in gebruik te hebben.
In de rapportage schrijft de toezichthouder verder "maximale inzet" van Tata Steel te verwachten in het terugdringen van de uitstoot van stoffen die het label 'zeer zorgwekkend' dragen, bijvoorbeeld omdat ze de gezondheid kunnen schaden. Ook dat is niet gemakkelijk, want in landelijke wet- en regelgeving loopt de dienst tegen "knelpunten" aan. "Die maken dat we de omgeving nu onvoldoende kunnen beschermen." De dienst heeft dit al eerder aangekaart bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Om de omgeving te beschermen, wil de Omgevingsdienst naar eigen zeggen "de grenzen opzoeken van wat de wet toelaat".