Zo'n 23 procent van de 25-plussers in ons land zegt te roken, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Daaronder zijn meer mannen dan vrouwen en meer laagopgeleiden dan hoogopgeleiden. Middelbaar opgeleiden zitten er tussenin.
De meeste rokers zijn te vinden onder de 25- tot 45-jarige mannen met een lager opleidingsniveau. Met 52 procent rookt meer dan de helft van deze groep. Van de hoogopgeleide mannen in deze leeftijdsgroep rookt 22 procent. Van de 25- tot 45-jarige vrouwen rookt ruim een derde van de laagopgeleiden, tegen iets meer dan 10 procent van de hoogopgeleiden.
Zwaar roken, meer dan twintig sigaretten per dag, is echt iets voor laagopgeleiden. Onder hoogopgeleiden komt dat amper voor, aldus het CBS.
Onder laagopgeleiden worden door het CBS mensen verstaan met hooguit basisonderwijs, vmbo, de eerste drie jaar havo/vwo of de assistentenopleiding (mbo-1). Middelbaar opgeleid ben je met havo/vwo, een basisberoepsopleiding (mbo-2), een vakopleiding (mbo-3) of middenkader- en specialistenopleidingen (mbo-4). Wie hoogopgeleid is, heeft hbo of wetenschappelijk onderwijs gehad.
Volgens cijfers van de EU was in 2015 in Nederland 24 procent van alle dodelijke kankervormen longkanker, dat meestal aan roken wordt gerelateerd. In Hongarije ligt dat percentage hoger, in Griekenland, Denemarken en Polen gelijk, in de andere EU-landen lager.
Van de 5,2 miljoen sterfgevallen in de EU in 2015, waren er 1,3 miljoen het gevolg van kanker. Van die sterfgevallen werden er 273.400 veroorzaakt door longkanker plus kanker aan luchtpijp en bronchiën.
Het is donderdag World No Tobacco Day.