Nederland staat "zeker niet alleen" bij de onderhandelingen over een Europees herstelfonds voor de zwaarst door de coronacrisis getroffen lidstaten. Volgens minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) is de groep van lidstaten gegroeid die vraagtekens zet bij de voorgestelde omvang van 750 miljard euro en de verhouding tussen subsidies (twee derde) en leningen (een derde) waaruit de steun zou moeten bestaan.
Blok zei dat na video-overleg met zijn EU-collega's. Volgens de Duitse voorzitter, minister van Europese Zaken Michael Roth, is de omvang van het herstelfonds "de kern van het conflict" tussen de 27 lidstaten. "Sommige landen dringen aan op leningen in plaats van subsidies, wat een van de moeilijkste onderwerpen zal zijn van de gesprekken", zei hij na afloop.
Nederland wil "het totaalbedrag zo laag mogelijk" hebben en zo min mogelijk leningen, aldus Blok. Bovendien stelt Den Haag "harde voorwaarden" van economische hervormingen aan landen die geld uit het fonds willen. Nederland vindt ook dat de EU-landen unaniem moeten instemmen met de aanvragen. "Dat zijn twee kanten van dezelfde medaille", zei Blok maar hij erkende dat daar weinig steun voor is.
De ministers bereidden de EU-top van vrijdag voor. Dan komen de regeringsleiders en staatshoofden voor het eerst sinds vijf maanden fysiek bijeen in Brussel om te onderhandelen over de meerjarenbegroting van 2021 tot en met 2027, waaraan het beoogde herstelfonds is gekoppeld. Blok zei dat de lidstaten woensdag elkaar "niet nader gekomen zijn". "Het speelveld voor vrijdag ligt nog helemaal open." Hij zei ook dat de gesprekken "in een goede sfeer" verliepen.