"Het trauma is groot, heel groot en het enorme gemis blijft. Ouderen denken ongetwijfeld terug aan alles wat voorgoed verloren is gegaan". Dat zei burgemeester Ada Grootenboer-Dubbeldam van Goeree-Overflakkee (Zuid-Holland) bij de herdenking van de Watersnoodramp van 1953 in Oude-Tonge. Prinses Beatrix is ook aanwezig.
In Oude-Tonge eiste de ramp 305 levens en daarmee is het de plaats waar zeventig jaar geleden de meeste dodelijke slachtoffers vielen. "Ze overleden toen hun huis instortte, of verdronken toen het water ze meenam. Of ze bezweken van de kou en uitputting omdat het te lang duurde voor er hulp kwam. Het water was meedogenloos", blikte Grootenboer-Dubbeldam terug in een volle Onze Lieve Vrouwe Hemelvaartkerk.
De burgemeester herinnerde ook aan de hulp die op gang kwam voor Oude-Tonge en andere plaatsen die werden getroffen door de Watersnoodramp. Zo verwees ze onder meer naar hulp die mariniers boden en aan Zweden dat huizen doneerde voor slachtoffers van de ramp.
Een zware noordwesterstorm in combinatie met springtij en doorgebroken dijken zorgde er zeventig jaar geleden voor dat grote delen van het zuidwesten van Nederland overstroomden. Door het natuurgeweld kwamen 1836 mensen om het leven, van wie 865 in Zeeland, 677 in Zuid-Holland, 247 in Noord-Brabant en zeven in Noord-Holland.