De verwachte daling van het aantal nieuwe coronagevallen lijkt te zijn begonnen. In de afgelopen week zijn minder positieve tests geregistreerd dan in de week ervoor. Of de daling doorzet, hangt af van een nieuwe subvariant van het virus die ook in Nederland is opgedoken.
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) komt elke dinsdag met een weekoverzicht. Vorige week meldde het instituut dat het in de zeven dagen ervoor 43.220 meldingen van positieve tests had gekregen. Dat was het hoogste aantal sinds 12 april, drie maanden geleden.
In de zes dagen na die laatste update zijn 33.455 besmettingen aan het licht gekomen, gemiddeld 5576 per dag. Daarmee zou het weektotaal kunnen uitkomen op ongeveer 40.000. Dat zou 5 tot 10 procent minder zijn dan vorige week. Het wordt dan de eerste daling sinds eind mei, na zes achtereenvolgende weken waarin het aantal positieve tests steeg.
Die stijging komt door de opkomst van drie versies van de omikronvariant van het coronavirus. Die subvarianten hebben de wetenschappelijke namen B.2.12.1, BA.4 en BA.5. Zij kunnen de afweer tegen het coronavirus beter omzeilen dan andere varianten. Vorige week meldde het RIVM dat een nieuwe subvariant, BA.2.75 alias centaurus, in Nederland is vastgesteld. Veel is nog niet bekend over deze coronaversie.
Het RIVM meldt dinsdag hoeveel coronapatiënten zijn opgenomen in ziekenhuizen. Dit aantal neemt waarschijnlijk nog altijd toe. Als het aantal positieve tests daalt, kan een paar weken later de instroom in de ziekenhuizen ook gaan dalen.