CPB: Klimaatakkoord kost miljarden

01 nov 2019, 12:14 Landelijk
cpb klimaatakkoord kost miljarden
ANP
Het Klimaatakkoord kost de Nederlandse economie miljarden, maar voor de werkgelegenheid hebben de klimaatmaatregelen op termijn slechts een marginaal effect. Dat heeft het Centraal Planbureau (CPB) uitgerekend. Het belangrijke Haagse adviesorgaan verwacht ook niet dat er door het akkoord veel industriële activiteiten naar het buitenland zullen wegtrekken.
In een doorrekening van de klimaatmaatregelen van het kabinet-Rutte III becijfert het CPB dat het beleid met ruim een half procent drukt op het bruto binnenlands product (bbp). Ter vergelijking: de totale omvang van de Nederlandse economie komt dit jaar volgens het CPB, in de macro-economische verkenning van september, uit op 808 miljard euro.
Volgens de rekenmeesters behelst het Klimaatakkoord enerzijds een lastenverzwaring die de groei drukt, maar is ook sprake van hogere investeringen die dat effect deels compenseren. De lasten nemen met 5 miljard euro toe, terwijl de uitgaven met 3,9 miljard euro omhoog gaan.
Het kostenplaatje uit zich onder meer in het duurder worden van gas. Ook zullen bedrijven kosten die zij moeten maken voor een deel afwentelen op de gewone burger. Volgens het CPB gaan de lagere inkomensgroepen er tot en met 2030 hierdoor wat meer op achteruit dan de hogere inkomens. De achteruitgang voor de laagste inkomensgroep als gevolg van het totale klimaatbeleid komt neer op 0,5 procent, staat in het rapport.
Ondanks dat er op de langere termijn nauwelijks of geen afname van de werkgelegenheid is, zal er waarschijnlijk wel frictie op de arbeidsmarkt ontstaan. De werkgelegenheid verschuift immers van kolencentrales, landbouw, metaalbedrijven en consumenten- en voedselproducten naar windmolens en de dienstensector.
Het CPB heeft de indruk dat de maatregelen voor de industrie in het klimaatakkoord zodanig zijn vormgegeven dat bedrijven het terugbrengen van hun CO2-uitstoot over een langere termijn kunnen uitsmeren, waardoor ze de bijkomende heffing kunnen ontlopen. Vandaar dat het adviesorgaan geen significante lastenverzwaring voor de industrie voorziet of verplaatsing van veel werk naar het buitenland.