Iedere gemeente in ons land moet genoeg culturele voorzieningen hebben voor haar inwoners, zoals bibliotheken en muziekverenigingen. In veel kleinere gemeenten zijn ze echter helemaal verdwenen. Dat zegt de Raad voor Cultuur, die alarm slaat over het huidige tekort aan aanbod in het donderdag gepresenteerde stuk De Culturele Basis op Orde. Het adviesorgaan pleit voor meer investeringen in lokale en regionale cultuur.
"Helaas is er in steeds meer gemeenten steeds minder geld beschikbaar voor culturele basisvoorzieningen, zoals de bibliotheek, amateurverenigingen en culturele centra. Dat heeft gevolgen voor het welbevinden en samenleven van inwoners. Het maakt ook dat een gemeente minder aantrekkelijk wordt als vestigingsplaats", waarschuwt de raad in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen.
Sommige gemeenten hebben wel het een en ander, maar weer niet alles. "In een aantal gemeenten is bijvoorbeeld de bibliotheek wel op orde, maar ontbreekt het weer aan muziekverenigingen, of juist aan een lokaal media-aanbod. Hierdoor komt het minimale basisniveau aan voorzieningen in het geding en daarmee de verbindende waarde van cultuur voor de samenleving", zegt de raad.
Gemeenten moeten, alleen of in samenwerking met buurgemeenten, toch investeren in amateurkunst, cultuureducatie, bibliotheken, lokale media en erfgoed, vindt het adviesorgaan. Verbinding in de maatschappij heeft immers vooral plaats op plekken waar mensen samenkomen, zegt de raad. "Hier zijn het de gemeenten en provincies en vervolgens pas het Rijk, die het verschil kunnen maken tussen culturele droogte en een vruchtbare voedingsbodem voor plezier, verdieping en debat." Extra geld komt wel beschikbaar: het kabinet gaat jaarlijks 170 miljoen euro extra in cultuur stoppen. De raad denkt dat dat geld meer effect heeft als gemeenten en provincies er ook van kunnen profiteren.
De Raad voor Cultuur vindt het niet zijn taak om te becijferen welke bedragen individuele gemeenten, provincies en/of stedelijke cultuurregio’s moeten uittrekken voor cultuur. De organisatie doet daarom geen concrete aanbevelingen over de hoogte van de gewenste investeringen.